27 maart 2018

Kabeljauw met garnalen en vanillesaus



De combinatie ligt misschien niet erg voor de hand, toch is witvis met een hartige vanillesaus vrij bekend en het schijnt vanaf de jaren 50 van de 20e eeuw in Franse kookboeken te worden beschreven. Je moet nu natuurlijk niet denken aan vanillevla-zoet, want de romige saus wordt op smaak gebracht met zoute visbouillon en witte wijn, zodat het toch een erg hartige saus is. Maar de smaken blijven overal zacht: zachte kabeljauw uit de oven, romige saus en gebakken garnalen. Dit is beslist een subtiel recept dat nergens schreeuwerig wordt. Lekker met gebakken aardappel of pommes duchesse, en asperges.

Kabeljauw met garnalen en vanillesaus
recept voor 3 a 4 personen
bron: gebaseerd op een recept uit de Boodschappen 5/2017

Voor de saus:
250 ml witte wijn
250 ml visbouillon gemaakt met 1 blokje voor een ½ liter bouillon
1 vanillestokje
250 ml kookroom
1 opgehoopte tl maïzena

Verder:
750 gr kabeljauw, verdeeld in porties
boter of olie voor de ovenschaal
200 gr grote garnalen, gepeld (of alleen met staart)
snufje milde paprikapoeder
klein handje gesneden bieslook


Voor de saus verhit je de wijn en bouillon in een kleine pan. Snijd het vanillestokje in de lengte door en leg het erbij. Kook het vocht in tot je ongeveer 200 ml over hebt. Schenk de kookroom erbij en laat het nog eens 10 minuten zachtjes pruttelen. Schraap het merg uit het vanillestokje en doe dit bij de saus. Het stokje mag nu weg. Tenslotte roer je de maïzena los met een scheutje koud water en voeg dit toe aan de saus om te binden.

Verhit ondertussen de oven tot 200 graden (of 180 gr hetelucht). Vet een ovenschaal in en leg de kabeljauw erin. Bestrooi met zout. Bak de vis in de oven gedurende ongeveer 10 minuten. Dunne stukken zijn waarschijnlijk eerder gaar.

Ondertussen bak je de garnalen in enkele minuten in een koekenpan. Garnalen die al gaar zijn bak je natuurlijk maar kort; rauwe exemplaren bak je gaar. Bestrooi ze met wat paprikapoeder.

Serveer de kabeljauw met wat garnalen en de saus. Bestrooi met bieslook.
Ook lekker met gebakken aardappel, of zoals wij hadden, pommes duchesse.



23 maart 2018

Engelse krentenbroodjes - hot cross buns


Het recept voor scones doet het hier op het blog altijd erg goed gedurende de paasdagen. Blijkbaar vinden jullie ze goed bij de paasbrunch passen. Maar als je nou echt een Engels paasrecept zoekt, dan moet je bij de ‘hot cross buns’ zijn, welke traditioneel op Goede Vrijdag worden gegeten. En in Engeland houden ze wel van een traditie, want het schijnt dat de eerste bolletjes met een kruis erop al in de 14e eeuw werden gebakken in St Albans Abbey. Zeker is in ieder geval dat de hot cross buns al in de 16e eeuw worden genoemd. En terwijl ze vroeger alleen met Pasen mochten worden gegeten, vind je ze tegenwoordig gewoon het hele jaar in de Engelse supermarkt.


De kruizen worden hier met een simpel bloempapje gemaakt, maar je zou ze ook van een dik suikerglazuur kunnen maken (als ze zijn afgekoeld uiteraard!) En als je geen piment wilt kopen voor dat ene snufje dat je nodig hebt, dan vervang je het maar met nootmuskaat. Daar kom je wel mee weg…

Hot cross buns
recept voor 12 bolletjes
bron: Tip Culinair 4/2004

500 gr bloem
75 gr roomboter
3 el poedersuiker
1,5 tl zout
1 tl kaneel
¼ tl pimentpoeder
¼ tl nootmuskaat
2 zakjes gedroogde gist (a 7gr)
1 ei
ongeveer 250 ml melk
125 gr rozijnen

voor de kruizen:
100 gr bloem

voor het glazuur:
4 el melk
2 el (poeder)suiker

Doe de bloem in een kom en wrijf de koude boter erdoor tot een rul mengsel. Meng het met de rest van de ingrediënten, behalve de rozijnen, tot een soepel deeg. Meng er zoveel melk door als nodig is om een soepel brooddeeg te kneden. Kneed er tenslotte de rozijnen door. Zet het deeg nu 30 minuten afgedekt weg op een warme plek.

Verdeel het deeg daarna in 12 stukken en vorm er bolletjes van. Leg ze op een bakplaat, dek af met folie of een theedoek en laat het 1 uur op een warme plek rijzen.

Verwarm de oven op 200 graden (180 graden hetelucht). Maak het deeg voor de kruizen: meng de bloem met wat water tot een dik vloeibaar deegje. Het moet zo dik zijn dat het netjes op de bolletjes zal blijven liggen; eigenlijk een soort heel slap brooddeegje dus. Doe dit in een klein spuitzakje of gewoon een stevig diepvrieszakje waar je een puntje afknipt. Spuit hiermee een kruis op de bolletjes. Bak de broodjes daarna gedurende ongeveer 20 minuten goudbruin.

Verhit ondertussen de melk voor het glazuur in een steelpan en voeg de suiker toe. Los de suiker op en laat de melk 2 a 3 minuten zacht koken om het iets stroperig in te koken. Wanneer de bolletjes uit de oven komen, bestrijk je ze met een kwastje met het glazuur.

Eet de bolletjes het liefste dezelfde dag op.




19 maart 2018

Geitenkaas met sesamcrackers en kruidige kersen op wijn



Dit leek mij nou een erg charmant voorgerecht voor Pasen, of een hapje bij de borrel. Je maakt zelf de sesamcrackers, welke worden geserveerd met iets kruidige kersen op rode wijn, en zachte geitenkaas. Leg alles op een grote schaal zodat iedereen er zelf wat van kan pakken, en schenk er een witte wijn bij. Een pluspunt is natuurlijk dat alles van tevoren kan worden klaar gezet. Als je nou enorm tegen die crackers op ziet, zou je lekkere hartige crackers kunnen kopen, maar ze zijn uiteindelijk rap gemaakt en deze crackers, die voor de helft van sesam zijn gemaakt, koop je nergens, hoor. Deze zijn ontzettend 'homemade'.

Geitenkaas met sesamcrackers en kruidige kersen op wijn
Voorgerecht of borrelhapje
recept voor 4 personen

Voor de sesamcrackers:
60 gr maismeel (ik gebruik voorgekookt maismeel van het merk Pan – zie foto)
70 gr sesamzaad
100 ml koud water
3 el zonnebloemolie
1 ruime snuf (grof) zout


Meng het maismeel met het sesamzaad en water. Meng goed door elkaar en zet dit een uur afgedekt weg.
Verhit de oven tot zeer heet; 250 graden (230 graden hetelucht).
Meng het deeg met de olie tot een soepel (maar breekbaar) deegje. Rol het daarna op bakpapier uit tot crackerdikte. Ik maakte een lap van iets groter dan een a4-tje. Maismeel bevat geen gluten, dus het deeg breekt en scheurt snel. Als je voorzichtig rolt en de scheuren weer dichtdrukt, zou je wel een mooie plak moeten kunnen uitrollen. Zet dit in de oven en bak het 10 minuten lang. Zet de oven heel even open om de grootste hitte eruit te laten, maar sluit hem dan weer op een kier (of met een pollepel ertussen), en laat de cracker in de oven staan tot deze is afgekoeld. Houd wel even in de gaten of de cracker niet te ver doorbakt! Het is nu in ieder geval wel een stuk steviger en kan in stukken worden gebroken. Verpak de stukken tot je ze verder gebruikt.

Voor de kersen:
500 gr ontpitte kersen (in het seizoen is vers natuurlijk lekker, maar diepvries is nu ook uitstekend)
200 ml soepele rode wijn
50 ml rode wijnazijn
2 el suiker
10 zwarte peperkorrels
1 laurierblad
1 steranijs (Meneer gruwelt van anijssmaakjes en ik verving het met een snuf venkelzaad. Dat vindt hij ook niet lekker, maar het was niet veel en levert toch een wat kruidiger smaakje)

Doe alle ingrediënten, behalve de kersen, in een pan en breng dit aan de kook. Doe de kersen erbij en laat het 5 minuten doorpruttelen. Laat het daarna afkoelen. Bewaar de kersen in de wijn tot je het serveert. Serveer ze op kamertemperatuur.

En tenslotte serveer je alles met zachte geitenkaas of bijvoorbeeld een geitencamembert. Ik serveerde alles op een grote schaal, waarvan men zichzelf kon bedienen.


15 maart 2018

Sperziebonensalade met hazelnoot, komijn en koriander



Okee, dit maak ik zelf gewoon uit mijn voorraadkast, maar menigeen zal voor de ongemalen zaadjes even naar de supermarkt of toko moeten. Maar dat raad ik toch wel aan: het is de moeite waard om hele zaadjes in plaats van poeder te gebruiken. Want je vijzelt dat zaad nooit zo fijn als het poeder dat je koopt en dat is prima. Je maakt er een wat gruizig mengsel van, wat het nederige sperzieboontje tot grote hoogte opstuwt. Echt een voorbeeld van een eigenlijk erg simpele salade, waarvan het geheel meer is dan de som der delen.

De hoeveelheden kun je rustig verdubbelen voor een maaltijdsalade voor twee met wat brood erbij. Of zoals wij deden, wat zelfgemaakte Vlaamse frieten, want een van de dochters wilde zien hoe je die zelf van aardappels maakt.

Sperziebonensalade met hazelnoot, komijn en koriander
gebaseerd op een recept uit het boek Spuntino van Russel Normann
bijgerecht voor 2 personen

250 gr sperziebonen
50 gr hazelnoten
1 tl karwijzaad
1 tl komijnzaad
1 tl zwart sesamzaad
een flinke pluk rucola
100 gr zachte geitenkaas (of feta zoals in het origineel staat)
zout en peper

Dressing:
likje dijonmosterd
scheutje rode wijnazijn
scheutje citroensap
2 scheutjes olijfolie
snuf grof zeezout
snuf zwarte peper

Bak de hazelnoten in een hete, droge koekenpan tot ze wat kleuren. Schep ze eruit en houd ze apart.
Doe dan het karwij-, komijn-, en korianderzaad in de pan en laat dat kort poffen tot je het begint te ruiken. Niet te lang, want het verbrandt snel! Doe het zaad daarna in een vijzel en maal het redelijk fijn. Meng het sesamzaad erdoor, maar vijzel dat niet. Doe er wat zout en peper bij.

Kook de schoongemaakte sperziebonen in gezouten water gaar, en ook graag gaar genoeg; dat sperziebonen nog veel ‘bite’ zouden moeten hebben, is een vergissing. Ze zijn rauw giftig en halfgaar simpelweg moeizaam te verteren… Giet ze af en koel ze onder de koude kraan. Laat ze goed uitlekken.

Meng de bonen in een schaal met de rucola. Verdeel de specerijen, hazelnoten en kaas erover. Tot nu toe kan je het eventueel even bewaren, maar voeg de dressing pas toe wanneer je klaar bent om te serveren. Op kamertemperatuur serveren trouwens.



11 maart 2018

Hangop met vanille en zoete dukkah



Het originele recept sprak van labneh, maar dat kennen wij toch beter als hangop. Maar terwijl onze Hollandse hangop vroeger van karnemelk werd gemaakt, maakt men labneh van dikke yoghurt. Als je dat een nachtje laat uitlekken, krijg je een soort roomkaas. Laat je het nog langer uitdruipen, dan wordt de yoghurt zo dik dat je deze tot balletjes kan rollen. In het recept rolde men deze balletjes door de zoete dukkah, maar ik vond het geneuzel en heb alles gewoon samen geserveerd in een kom.

Dukkah, voor wie het zich afvraagt, is een specerijenmengsel met noten. Normaal gesproken is het dus hartig met korianderzaad, maar deze is zoet. En erg lekker bij de romige hangop. Met tropisch fruit erbij is het een simpel, maar toch opvallend toetje.
  
Hangop met vanille en zoete dukkah
Bron: SBS.com.au
Nb. een dag van tevoren beginnen!

Voor de hangop:
1 liter Griekse of Turkse yoghurt
scheutje vanille-extract en eventueel een beetje suiker naar smaak, of gebruik een zakje vanille suiker

Leg een kaasdoek of een theedoek (zonder wasverzachterluchtjes) in een zeef en schep de yoghurt erin. Zet dit op een kom, vouw de doek dicht en laat dit een dag of nacht staan om uit te lekken. Hoe langer, hoe steviger de hangop. Roer er daarna de vanille en suiker door.

Zoete dukkah
40 gr sesamzaad
2 el pistachenootjes, grof gehakt
2 el hazelnoten, grof gehakt
2 el palmsuiker (gula djawa)
1 zakje vanillesuiker
een snuf kaneel
een snufje zout

Rooster de sesam, pistache- en hazelnoten kort in een droge, hete koekenpan. Meng het daarna met de rest in een kommetje.

Verder:
Fruit naar keuze: medjool dadels, citrusfruit in partjes, mango…
Een beetje vloeibare honing

Schep de hangop in een kommetje (niet teveel, het is machtig spul) en strijk het glad. Bestrooi met wat dukkah en serveer met fruit naar keuze en een sliertje honing.



7 maart 2018

2 maart 2018

Japanse curry met noedels



Curry? Japans? Dat is zoiets als Chinese chili con carne…? (wat overigens echt bestaat.) En daar is nog niet alles mee gezegd, want er komt ook nog een Franse bruine roux aan te pas. Beurre Noisette meets Tokyo. En toch, en toch… Het mag dan wel een raar fusion gerecht zijn, maar het schijnt immens populair te zijn in Japan en die bruine roux zorgt voor zo’n hazelnootachtig beurre noisette smaakje, welke samen met de kerrie erg bijzonder smaakt. Doe daar die dikke udonnoedels en wat sojasaus bij en je hebt een bijzonder opbeurend bord eten. Ik was er erg door verrast en zal het zeker vaker maken!

Van udonnoedels bestaan er dikke en dunnere varianten, maar de echt dikke udonnoedels koop je kant-en-klaar bij de toko. Deze noedels zijn gekookt en hoeven alleen maar opgewarmd te worden in de pan. Ik heb wel eens gelezen dat de dikke noedels niet gedroogd verkrijgbaar zijn omdat ze moeilijk goed gaar te koken zijn. Geen idee of het waar is, maar ik zie inderdaad nooit dikke, gedroogde udonnoedels in de Aziatische supermarkt. Wel de dunnere soorten, die ook best lekker zijn, maar die dikke slierten voegen echt iets toe aan een bord ‘comfort food’.

Japanse curry met noedels
Bron: gebaseerd op Olive Magazine 
recept voor 2 grote en 2 a 3 kleine mensen

1 ei per persoon
1 grote ui, grof gehakt
400 gr wortel in lange, smalle reepjes
neutrale olie om te bakken (zonnebloem- of arachideolie)
50 gr roomboter
50 gr bloem
ongeveer 2 el kerriepoeder
chilivlokjes naar smaak
1 liter tot 1300 ml groentebouillon (ik gebruikte anderhalf blokje bouillon)
250 gr verse spinazie
600 gr kant-en-klare udonnoedels
4 el sojasaus (type Kikkoman)

Kook de eieren (half)gaar in 7 tot 10 minuten, koel ze direct en pel ze daarna. Halveer de eieren en leg ze apart.

Fruit de ui en wortel in een scheutje olie tot de ui zacht is. De wortel hoeft nog niet helemaal gaar te zijn. Schep ze uit de pan en houd ze even apart.

Doe de boter in de pan, smelt het en roer de bloem erdoor. Blijf dit rustig roeren op niet te hoog vuur tot het mengsel strogeel kleurt en nootachtig ruikt. Voeg de kerrie en een snuf chilivlokken toe. Daarna ook een gedeelte van de bouillon toevoegen. Roer het mengsel tot het glad is en voeg meer bouillon toe. Ik heb uiteindelijk 1 liter in de pan gedaan en daar weer de wortels en ui aan toegevoegd. Kook dit nu tot de wortel ook gaar is. Op het laatst voeg je de noedels, spinazie en sojasaus toe en verhit het tot de spinazie geslonken is en de noedels doorgewarmd. Je kunt het nu eventueel naar wens verder verdunnen met bouillon. Het origineel voegt nog eens 300 ml toe, maar dat leek mij te dun en ik was erg gecharmeerd van de lobbig-dikke saus. Serveer de curry met de eieren.