Andere koe, andere melk, zeggen ze bij Holland Jersey. En
ze stuurden me een pak melk om te proeven. 100% Jersey melk van Jersey koeien. Van de marketing ben ik alvast onder de indruk, want het is best
knap om een niche in het melkvak te vinden. De zwarte pakken vallen in ieder
geval op en marketing technisch zit het wel snor met die bruine koeien. En dan
snort Holland Jersey ook nog over “het nieuwe speciaalbiertje in de zuivel”.
Jaja… Maar wat is het dan en heb je er ook nog wat aan?
Het meest in het oog lopende kenmerk is dat de weidemelk het
A2-eiwit bevat, terwijl onze gewone melk blijkbaar van het A1-type is. En om
een lang verhaal kort te maken, de gewone A1 resulteert in een oxidant, “waarvan vermoed
wordt dat het een negatieve invloed heeft op onder andere de spijsvertering”. En
A2 melk heeft dat effect dus niet. De website vermeldt ook dat een
direct verband tussen het oxidant en problemen met de spijsvertering nooit is aangetoond. Juist.
Dat zet dan vooralsnog geen zoden aan de dijk. Dus wat hebben we er op dit
moment dan wel concreet aan?
Nou, die volle melk bevat 6% vet en dat is lekker. Punt
uit. Met 2 euro per liter (te koop in pakken van 0,75 liter trouwens) moet je
wel wat over hebben voor je hippe imago. Toen ik de volle smaak proefde wist ik
wel meteen dat ik er vla van moest maken. Hopjesvla.
Rare naam eigenlijk, 'hopjesvla'. Het is natuurlijk genoemd naar het bekende
koffiesnoepje, maar toen heb ik ook nog even uitgezocht waarom het
ouderwetse hopje, de bruine ulevel¹ met koffiesmaak, nou toch een ‘hopje’ heet.
Ik citeer het werk ‘Een baron in koffie’ van de Haagse historicus Rolf van der
Krogt (1992) en Ewoud Sanders uit zijn ‘Eponiemenwoordenboek’ (1993 - via de link als pdf te lezen):
“Het hopje is genoemd naar baron Hendrik Hop (1723-1808), diplomaat voor de Hollandse overheid in Brussel, maar regelmatig in Den Haag verblijvend. In opdracht van baron Hop en exclusief voor hem, produceerde suikerbakker Theodorus van Haaren uit Den Haag van 1792 tot Hops dood snoepjes met koffiesmaak. Koffie was toen nog maar pas in Europa geïntroduceerd, geprezen om zijn medicinale werking en zeer duur. Na 1808 kon iedereen de snoepjes kopen onder de naam Bonbons van Baron Hop, in de volksmond verkort tot hopjes en vanaf ca. 1880 ook onder de naam Haagsche Hopjes verkocht.”
En Sanders zegt: "Het moet volgens Van der Krogt in 1792 zijn geweest dat Hop aan Van Haaren vroeg of hij een bonbon kon maken met een koffiesmaak. Koffie was toen nog maar net in Europa geïntroduceerd. Het was peperduur en net als nicotine werd het aangeprezen vanwege zijn medicinale werking. Uit doktersrekeningen blijkt dat Hop aan jicht leed en het is goed mogelijk dat zijn voorliefde voor koffie een medische oorzaak had.
Voor Van Haaren leverde het verzoek van Hop geen probleem op. Hij zette eerst koffie zoals de baron het dronk, met veel suiker en melk, liet het extract indikken en sneed er vierkante pillen van. In zijn receptenboek schreef de suikerbakker dat de ‘Swarte Oostervogtbrokken’, zoals hij ze noemde, moesten worden bereid van ‘ 5 ons suiker, een achtste maatje room, 10 lood koffie en 2 lood boter. Behandelen als ulevellen, iets kleiner en dikker gesneden.’
Baron Hop stierf op 29 april 1808 in Den Haag. Tot aan zijn dood maakte de bakkerij de koffie-ulevellen alleen voor hem. Daarna kon iedereen ze kopen. De snoepjes heetten eerst ‘Bonbons van Baron Hop’ en vanaf ongeveer 1880 Haagse hopjes. Van Haaren & Nieuwerkerk hadden rijk kunnen worden met de buitengewoon populaire hopjes, maar omdat juridische bescherming niet mogelijk was, kwam er al snel een groot aantal concurrenten op de markt. Omstreeks 1910 waren er in binnen- en buitenland zelfs zo’n tweehonderd verschillende hopjesfabrikanten!"
“Het hopje is genoemd naar baron Hendrik Hop (1723-1808), diplomaat voor de Hollandse overheid in Brussel, maar regelmatig in Den Haag verblijvend. In opdracht van baron Hop en exclusief voor hem, produceerde suikerbakker Theodorus van Haaren uit Den Haag van 1792 tot Hops dood snoepjes met koffiesmaak. Koffie was toen nog maar pas in Europa geïntroduceerd, geprezen om zijn medicinale werking en zeer duur. Na 1808 kon iedereen de snoepjes kopen onder de naam Bonbons van Baron Hop, in de volksmond verkort tot hopjes en vanaf ca. 1880 ook onder de naam Haagsche Hopjes verkocht.”
En Sanders zegt: "Het moet volgens Van der Krogt in 1792 zijn geweest dat Hop aan Van Haaren vroeg of hij een bonbon kon maken met een koffiesmaak. Koffie was toen nog maar net in Europa geïntroduceerd. Het was peperduur en net als nicotine werd het aangeprezen vanwege zijn medicinale werking. Uit doktersrekeningen blijkt dat Hop aan jicht leed en het is goed mogelijk dat zijn voorliefde voor koffie een medische oorzaak had.
Voor Van Haaren leverde het verzoek van Hop geen probleem op. Hij zette eerst koffie zoals de baron het dronk, met veel suiker en melk, liet het extract indikken en sneed er vierkante pillen van. In zijn receptenboek schreef de suikerbakker dat de ‘Swarte Oostervogtbrokken’, zoals hij ze noemde, moesten worden bereid van ‘ 5 ons suiker, een achtste maatje room, 10 lood koffie en 2 lood boter. Behandelen als ulevellen, iets kleiner en dikker gesneden.’
Baron Hop stierf op 29 april 1808 in Den Haag. Tot aan zijn dood maakte de bakkerij de koffie-ulevellen alleen voor hem. Daarna kon iedereen ze kopen. De snoepjes heetten eerst ‘Bonbons van Baron Hop’ en vanaf ongeveer 1880 Haagse hopjes. Van Haaren & Nieuwerkerk hadden rijk kunnen worden met de buitengewoon populaire hopjes, maar omdat juridische bescherming niet mogelijk was, kwam er al snel een groot aantal concurrenten op de markt. Omstreeks 1910 waren er in binnen- en buitenland zelfs zo’n tweehonderd verschillende hopjesfabrikanten!"
Hopjesvla
recept van Eerst Koken
100 ml sterke koffie
1 a 2 tl oploskoffie
400 ml volle melk
1 groot ei (L)
90 gr suiker
20 gr maïzena (een hoog opgehoopte eetlepel)
snuf zout
eventueel een scheutje vanille-extract of vanillesuiker
Doe de suiker met een klein scheutje water in een
pannetje en breng dit op matig hoog vuur aan de kook. Brand de suiker, zonder te roeren, tot een amberkleurige karamel.
Niet te ver laten kleuren, want dan wordt het bitter! Doe er dan dus onmiddellijk,
maar voorzichtig, 300 ml melk bij en roer goed. Het lijkt eerst nergens op,
maar blijf roeren, verhit de melk, en de suiker zal in de melk smelten. Voeg de koffie daarna ook toe.
Ondertussen heb je het bewaarde beetje melk (100 ml) in
een grote kom gedaan. Doe het ei er ook bij en klop het los. Voeg ook het zout
en de maïzena toe en klop het glad.
Giet de hete melk nu in een zeer klein straaltje bij het
eimengsel, terwijl je met een garde erin klopt. Niet teveel melk in een keer en
ook blijven kloppen, anders zit je met roerei. Als de helft van de melk in de
kom zit, kan je alles teruggieten in de pan. Laat dit op vrij laag vuur,
al roerend, binden. Laat het absoluut niet koken! Als je een kookthermometer hebt,
is een temperatuur van zo’n 70 tot 75 graden mooi. Het ei zal hierbij binden,
maar je loopt niet het gevaar dat de massa gaat koken, waarbij het ei in
stukjes zal stollen. Mocht dat toch gebeuren, dan kan je aan het einde nog
proberen om de vla door een zeef te gieten om de stukjes eruit te vissen.
Voeg aan het einde de oploskoffie en eventueel het
vanille-extract toe.
Is de vla nog te dun? Giet er wat meer met melk
aangelengde maïzena bij en verwarm de vla tot het bindt. Is het te dik? Verdun
het met wat melk. Laat het tenslotte afkoelen terwijl je af en toe roert.
Als het niet te heet meer is, kan je de vla het beste afdekken met
huishoudfolie, direct op de vla, omdat je er anders een vel op krijgt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten