12 juni 2018

Groene couscoussalade met vegetarische köfte en gegrilde abrikozen


Lekker zomers als salade, maar je kunt de couscous ook warm eten. De vegetarische balletjes heb ik al vaker gemaakt en het voordeel is dat ze gemakkelijk qua smaak zijn aan te passen, maar het nadeel is wel dat ze veel kleine hoeveelheden nodig hebben, zoals de wortel en een kwart paprika, zodat je met restanten blijft zitten. Maar wanneer ik de balletjes eet als vleesvervanger, dan maak ik er vaak een mengelmoesje aan groente bij, waar die restjes ook in verdwijnen. Bijvoorbeeld tuinbonen uit de diepvries. Die gaan bij gefruite uienringen, de rest van de paprika en wat extra blokjes wortel (foto onder). En trouwens, het restant (gebakken) paprika kan je ook prima in deze couscous kwijt.


Trouwens, ik zeg het maar even, die abrikozen zijn de ster van het gerecht… Ze zijn er erg fijn bij!

Groene couscoussalade met vegetarische köfte en gegrilde abrikozen
Recept voor 2 grote en 2 a 3 kleine mensen

Voor de couscous:
200 gr instant couscous
1 teen knoflook, gesnipperd
2 handen gehakte, verse kruiden, zoals munt (niet teveel), basilicum, koriander (graag!) en/of peterselie
zout naar smaak
1 mini-blikje kikkererwten (130 gr uitlekgewicht)
bosje lente-ui, in ringetjes
goede scheut olijfolie
fijn geraspte schil van 1 citroen
2 tl harissa
1 stronk broccoli

Verder erbij serveren:
gehakte pistachenootjes ofzo (ik had nog pijnboompitten staan en gebruikte die)
Dikke (Griekse) yoghurt
Gegrilde abrikozen (zie onder)
en natuurlijk de balletjes – het recept volgt hieronder

Doe de couscous in een grote saladekom en giet er 400 ml kokend water bij. Roer het even door zodat het niet 1 klomp wordt en zet het enkele minuten weg. Ik schep het tussendoor ook nog even om.
Kook de broccoli in korte tijd gaar en spoel af met koud water. Laat goed uitlekken. Hak het daarna in kleinere stukjes. Voeg tenslotte alle andere ingrediënten toe en meng het tot een salade.

Vervolgens de balletjes maken en dat gaat als volgt:

Vegetarische köfte:

50 gr rode linzen (die koken tot pulp)
100 gr amandelen (of amandelmeel bij gebrek aan een keukenmachine)
50 gr gehakte ui
3 tenen knoflook
50 g rode paprika
100 g wortel
50 tot 100 gr gewone havermout
2 el sojasaus van het type Kikkoman (30 ml dus)
zout en peper
2 el bloem
1 hand gehakte peterselie
1 groot ei (L)
1 el ras el hanout
1 tl harissa
olijfolie om te bakken

Kook de linzen in ruim water gedurende 20 minuten. Ze zijn dan kapot gekookt. Giet ze af en doe ze in een mengkom.

Pak de keukenmachine erbij en hak de amandelen behoorlijk fijn. Wanneer je geen machine hebt, zijn die amandelen je grootste struikelblok en ik zou uitwijken naar amandelmeel… Snipper de ui, knoflook, paprika en wortel in de machine erbij of hak het fijn met een mes (het resultaat zie je in de foto hieronder). Voeg dan de linzen, havermout en sojasaus toe aan de amandelen en groente. Breng op smaak met zout en peper. Meng de bloem door het ‘gehakt’, samen met de eieren en peterselie. Laat het gehakt een half uur rusten en beoordeel dan pas de consistentie. Als het te dun is, voeg dan wat meer havermout toe. Je wilt een redelijk stevig deegje hebben, een beetje zoals normaal gehakt. Slapper deeg maakt ook nattere balletjes en die hebben minder ‘bite’.

Het mengsel van amandel en groente - fijn, maar niet te fijn

Verhit de olie (niet al te zuinig) in een koekenpan en vorm balletjes ter grootte van een walnoot en bak ze rondom bruin. Ik maak er twintig van dit formaat. Verdeel het in twee keer bakken en bewaar desnoods de eerste balletjes in een lauwe oven. Ze zijn koud trouwens ook lekker, hoor.

De abrikozen tenslotte zijn simpel: je moet ze gewoon doorsnijden en kort op een ingevette grillpan grillen. Ik denk dat je ze ook wel in een koekenpan kan bakken; alleen op de snijkant en bak ze niet te lang, want dan worden ze te zacht.



Geen opmerkingen: