24 mei 2014

'Peanut Noodles' met groente (uit eigen tuin)


Alles kan ik verdragen
het verdorren van de bonen,
stervende bloemen, het hoekje
aardappelen kan ik met droge ogen
zien rooien, daar ben ik
werkelijk hard in.

Maar jonge sla in september
net geplant, slap nog
In vochtige bedjes, nee.

Rutger Kopland - uit Alles op de fiets, 1970


En dan heb je dus die plantjes uitgezet. Dat was al een prettige, therapeutische bezigheid, want niets is zo rustgevend als tuinieren. Beetje rommelen in de aarde. Blaadjes en grassprietjes wegplukken. Uitkijken naar het moment dat je de sla kan gaan plukken. Je bent tevreden, hebt hard gewerkt en je hebt er een goed gevoel over. En voldaan was je de aarde onder je nagels vandaan.

De dag erna ga je kijken bij dat strak geharkte bedje. En je kijkt nog eens. Waar zijn verdomme die slaplantjes gebleven??! Weg! Alles! Er ligt alleen nog een uitgespuugd steeltje!

Dus.

Kent u de tijgerslak? Dat is een reusachtige naaktslak - groot en met een kittig tijgerstreepje. Hij is mooi, hoor, maar dan wel bij iemand anders in de tuin en niet bij mij. Dit gedrocht vloert een jong spinazieplantje binnen 1 minuut, vreet een heel bed jonge sla binnen 1 nacht op, en wanneer alles kaal gevreten is, gaat ie rustig verder met aardappelplanten, goudsbloemen, knoflook en andere gewassen waar slakken normaliter niet naar omkijken. Samen met zijn normale ongestreepte soortgenoten rukt hij dagelijks in hordes op vanuit het bos waaraan wij wonen.

Ik begrijp Kopland. Ik ga serieus 5 fases van rouw door als ze aan mijn tuinwerk komen:

Ontkenning: “Dit kan niet waar zijn.”
Woede: “Zijn ze helemaal van de ratten besnuffeld!?”
Vechten: “Ik graaf potten met bier in en dan verzuipen ze er maar in!”
Verdriet en depressie: ”Ik geef het op. Alles is zinloos…”
Aanvaarding: “Ik ga wel op het balkon verder met mijn plantjes.”

Nou, en dan doen we nu dus voor het tweede jaar. Je moet natuurlijk wel twee trappen op met een kuub potgrond en ik bewater alles met een gieter, maar verder lukt het vrij aardig. Sperziebonen, schorseneren, aubergines, uitjes, doperwten, aardappels en sla worden vooral voor de lol geteeld, want reusachtige hoeveelheden kunnen het niet zijn. De kinderen hadden een vierkante meter aan vroege spinazie staan, verdeeld in drie vakken, met hun naambordje erbij. Ze waren er erg trots op en hielpen mee met het oogsten van de plantjes die waren doorgegroeid tot ‘wilde spinazie’ met sappige snijbiet-achtige steeltjes. Ik verwerkte alles tot een heerlijke bami, vol groente, en met een soort pinda-woksaus erdoor. Meneer en ik stonden te watertanden bij de pan en hebben gesmuld, maar toen ging er iets mis met de kinderen. Er werd moord en brand geschreeuw over Groene Dingetjes en ‘paprika is VIE-HIE-HIES!! En daar moesten wij weer tegenin:

“Ja, maar, proef nou toch eens: er zit pindakaas in.”
“Maar je mag ook met stokjes eten, hoor” (vinden ze leuk en ze kunnen het ook nog)
“Maar dit heb je vanmiddag zelf geoogst!”
“Dit is je eigen spinazie!”

Maar zodra er eentje klaagt over groente, gooien ze allemaal hun kont tegen de krib. Het was zinloos. Reken maar dat ik toen het bord van Kleine Chef heb leeggegeten. Toch ga ik het nog eens proberen, want ze lusten graag spinazie, ze lusten überhaupt veel groente, maar ze willen gewoon even zeuren over het eten, en dat is ook erg teleurstellend als je er wat van wilde maken…



Ik noemde het Peanut Noodles, omdat 'bami met pindasaus' iets anders is in onze Hollandse ogen. En het is dus alleen technisch gezien bami met pindasaus...

Peanut Noodles met groente (uit eigen tuin)

Meng voor de saus de volgende ingrediënten door elkaar:
1 el sesamolie (niet weglaten hoor!)
1 teen knoflook, gesnipperd
2 el ketjap manis
2 el zoete chilisaus (van die hete ‘loempiasaus’)
100 gram pindakaas
2 el limoensap

Verder nodig:
300 gr mie-nestjes
scheutje zonnebloem- of arachideolie
1 rode paprika, in smalle reepjes
3 lente-uitjes, in reepjes
500 gram verse (wilde) spinazie, of (iets minder) paksoi of Chinese kool, etc, in reepjes of grof gehakt
sambal oelek of rode peper naar smaak (en naar draagkracht van de kinderen)
125 gram tauge
handje gehakte verse koriander
voor op het bord extra ketjap en sambal naar smaak

Kook de mie gaar volgens de aanwijzingen op de verpakking.
Wok ondertussen de paprikareepjes kort op hoog vuur in wat olie. Voeg de lente-ui toe en wok een minuut mee. Voeg daarna de spinazie of ander groen toe en wok het tot het geslonken is. Wilde spinazie of de andere stevige groentes zullen iets langer nodig hebben dan gewone spinazieblaadjes.

Voeg wat sambal of rode peper toe en de taugé. Wok dit nog eens kort. Voeg dan de mie, de saus en koriander toe en schep het goed door.

Aan tafel kan er voor de volwassenen nog prima wat extra ketjap of sambal door.

Overigens, er zitten ook voordelen aan een tuin aan het bos. Zo hebben wij een bijna tamme specht in de tuin:



Acrobaat-muizen op vrij hangende (vogel)voedersilo's:
  




Een vos in de achtertuin (ze staat bijna elke nacht op de foto bij de buurman die haar Vanity heeft gedoopt):



en een egelduo:



En die zijn verder allemaal heel erg welkom.


~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Vond je dit bericht leuk? Deel het dan aub op Facebook of Twitter via de knoppen hieronder!




Geen opmerkingen: