3 december 2020

Hongaarse appeltaart (almás pite)



Er komen hier dagelijks twee Hongaarse jongens over de vloer; buurjongens en vriendjes van de kinderen, en dat is heel nuttig. Onze meiden kunnen nu onder andere tot tien tellen in het Hongaars en je weet maar nooit wanneer dat nog eens van pas komt. Natuurlijk vindt er culinair ook rijkelijk kruisbestuiving plaats en ik heb meerdere Hongaarse taarten op de to do-lijst staan, maar we beginnen simpel: een appeltaart. Almás pite. Toen ik het tegen één van de jongens zei, zag ik een miniem lachje voordat ik werd gecorrigeerd: je spreekt het uit als ‘almasj pite’- zie link!


Hongaarse appeltaart (almás pite)
Bron: Zserbo 

voor het deeg:
270 gr zelfrijzend bakmeel
60 gr suiker
1 zakje vanillesuiker
100 gr koude roomboter
1 middelgroot ei (M) (of een groot ei (L), maar houd dan iets apart voor het bestrijken van de bovenkant!)
60 gr yoghurt (ik neem Griekse yoghurt)
snuf zout

voor de vulling:
1,5 kg appels (ik gebruik Jona Gold)
1,5 tl kaneel
60 g suiker
1 el griesmeel (niet in huis; ik heb er een eetlepel havermout in gedaan. De eerste keer was ik het helemaal vergeten en dat kwam ook goed…)

om te bestrijken: 1 ei

Bakvorm: het origineel zegt een dichte vorm van zo’n 32×32 cm, maar ik gebruikte een grote springvorm, bekleed met bakpapier

Maak eerst de appelmoes: schil de appels, haal het klokhuis eruit en rasp de appels op een grove rasp. Doe ze in een kookpan, samen met de suiker en kaneel, en breng aan de kook. Laat het op niet te hoog vuur pruttelen tot de appels zacht is. Daar hoeft dus niet extra vocht bij, het is juist de bedoeling dat het meeste verdampt. Leg dus ook geen deksel op de pan. Het origineel laat je de appelrasp ook nog uitknijpen, maar dat geloofde ik wel. Af en toe roeren, zeker aan het einde als het meeste vocht verdampt is! Ik trek hier wel een half uurtje voor uit. Vijf minuten voor het klaar doe je de eetlepel griesmeel erbij om de puree nog steviger te maken, maar dat doe ik dus met een goede eetlepel havermout. Je moet uiteindelijk een echt dikke appelmoes hebben. Het is de bedoeling dat het straks na het bakken niet uitloopt. Laat het dan afkoelen.

Ondertussen maak je het deeg. Doe het meel, de suiker en vanillesuiker met een snuf zout in een kom. Snijd de koude roomboter er in stukjes doorheen, en/of snijd de boter met twee messen in het meel fijn. Wrijf het dan vlug tot kruimels. Voeg het ei en de yoghurt toe en kneed het nu vlug tot een soepele bal deeg. Niet langer kneden dan nodig is! Bewaar het deeg in de koelkast tot je klaar bent voor het vormen.

Verwarm de oven voor op 180 graden conventioneel (of 170 graden hetelucht).

Verdeel het deeg in 2 stukken en rol er eentje uit op een bebloemd werkvlak. Plaats de lap in de bakvorm (liefst op bakpapier of anders een ingevette vorm). De taart heeft geen zijkant van deeg! Het is echt een bovenkant met onderkant en vulling ertussen. Prik de bodem op een paar plaatsen in met een vork. Leg de afgekoelde appelmoes erop. Rol de twee bal deeg ook uit en plaats deze er ook op. 

Bestrijk de bovenkant met wat geklutst ei. Prik de bovenkant ook nog even in en bak de taart dan in ongeveer 35 minuten gaar en bruin. Je kunt hem lauw eten, maar koud met slagroom erbij is hij ook erg lekker.

2 opmerkingen:

Marlies, NL zei

Jullie recepten zijn zo leuk! Ik probeer regelmatig iets uit en mijn twee pubers zijn altijd enthousiast. Ik hou ook van je praktische benadering (hoezo rasp uitknijpen), heerlijk!

Eerst Koken zei

Dank je! :)