31 oktober 2011

Kweeperenwodka


Even een heel klein recept tussendoor. Het stelt niets voor, maar het is nu eenmaal kweeperentijd en daar moet ik wat mee doen.

Och, kweeperen… die geur! Ik kreeg een bak kweeperen van een vriendin met een tuin vol fruit en die peren stonden een week in de koelkast te wachten op een bestemming. Maar elke keer als ik de koelkast opendeed, rolde er een kweeperengeur uit, zo lekker, dat het wat mij betreft in het hoekje ‘verse koffie’ of ‘gemaaid gras’ mag. Ik vond het zo lekker dat ik af en toe alleen maar even ging ruiken.
Kijk, en als je dat nu in een drankje weet te vangen… Deze wodka komt een eind en drinkt absoluut lekker weg.

Kweepeerwodka

1 liter wodka
140 gr suiker
2 kweeperen, gewassen, maar mét schil en klokhuis, in kleine stukken gesneden
1 vanillepeul (in de lengte doorgesneden) of 1 kaneelstokje

Doe alsof samen in een afsluitbare bak en zet dit 2 weken weg. Ik zet het graag in de koelkast, maar ik zou eigenlijk niet weten waarom het niet net zo goed op het aanrecht kan staan. Of in een hoekje van de voorraadkast. Of ergens anders waar het niet in de weg staat.
Filter de wodka na twee weken door het door een doek of fijne zeef te gieten. Giet het daarna in een fles.


28 oktober 2011

Zweedse gemberkoekjes


Kennen jullie nog (of weer, zoals ik) die film van Pippi Langkous waarin ze kerst viert? Ze bakt daarin een tafel vol met Zweedse kerstkoekjes (pepparkakor), die ze eerst heeft uitgerold op haar vloer. Overigens maakt zij behoorlijk dikke koeken; de echte horen flinterdun te zijn, maar dat is bij het uitrollen op je houten vloer niet haalbaar en op het aanrecht gaat dat ook nog niet zo soepel. Maar ze zijn prima te eten als ze wat dikker zijn.

Tommy en Annika zijn er wel mee in hun sas:







En weet je wat zo stom is: ik moet altijd huilen aan het einde van deze film. Dat soort dingen zijn gekomen met het moederschap… Pippi zit in de film helemaal alleen achter haar raam en in elk ander huis vieren de families kerst met mooie kado’s, maar niet bij haar. Zij heeft ook kadootjes voor alle kinderen van het dorp, maar niemand komt het halen. Nee, zij zit met haar paard en aapje, en lekkernijen, genoeg voor een weeshuis. Maar haar vader zit op een schip op de Stille Zuidzee en haar moeder is in de hemel en “kijkt op mij neer”. Pippi doet alsof men haar groet en zwaait terug naar de sneeuwvlokken en precies op dat moment zit ik weer in tranen. Met Kleine Chef op schoot. Gelukkig komt het allemaal goed later. Maar toch. Ik vind Pippi erg sympathiek en zo’n meisje verdient het toch niet om alleen te zitten.

Het is nog geen kerst, dat weet ik, maar deze speculaasachtige koekjes passen ook best bij het herfstweer. Maak ze wel flink op smaak; de genoemde hoeveelheden specerijen zijn maar een begin. Proef het deeg aan het einde en voeg meer toe als je dat nodig vindt.  Ze horen afgeladen met smaak te zijn. Ook kan je ze goed versieren met glazuur.

Zweedse recepten noemen vaak hoeveelheden die belachelijk op mij overkomen; het recept hieronder gaat uit van bijna een kilo bloem, om 250 koekjes van te bakken. Rest mij alleen nog de vraag: waarom??? Ik heb van alles een kwart genomen.

Ik gebruikte overigens gewone suiker voor mijn koekjes, maar ik heb hieronder bruine basterdsuiker genoemd. Omdat de koekjes maar kort in de oven hoeven, bakken ze niet bruin en met gewone suiker blijven ze wel erg bleek.


 

Zweedse Pepparkakor
Bron: Bonniers Nya Kokbok – Britt Sandquist-Bolin

75 gr roomboter, op kamertemperatuur
125 gr bruine basterdsuiker
25 ml keukenstroop
50 ml water
½ el gemberpoeder
½ el gemalen kaneel
¼ el gemalen kruidnagel
¼ el gemalen kardemom
eventueel wat zeer fijn geraspte sinaasappelschil
¼ el bakpoeder
280 gr bloem
1 tl zout

Roer de boter, suiker en stroop tot een romig mengsel. Voeg alle andere ingrediënten toe en kneed het samen tot een soepel deeg. Proef het en voeg extra specerijen toe als je dat nodig vindt. Verpak het in folie en laat dit op een koele plaats 24 tot 48 uur rusten.

Verwarm de oven voorop 200 graden (180 graden hetelucht).

Rol het deeg daarna op een bebloemd werkblad uit tot zo dun mogelijk en steek er met een vormpje koekjes uit. Helaas is er een grens aan wat nog uit te steken is met een vormpje, maar hoe dunner, hoe mooier.
Leg de koekjes op een bakplaat bekleed met bakpapier en bak ze kort in de oven. Een minuut of vijf of zes is waarschijnlijk voldoende; als ze licht kleuren aan de hoekjes, zijn ze klaar.


Oordeel van het smaakpanel: koek is koek, dus ze vinden het wel best. Ze zijn helaas nog niet toe aan het samen maken van koekjes. Dat lijkt me erg leuk als ze nog iets ouder zijn. Al is het alleen al voor het uitsteken van de koekjes, wat nog best een klus kan zijn. Je moet er toch niet aan denken dat je daadwerkelijk een kilo deeg moet verwerken…. Daar heb je nu echt drie kinderen voor nodig!






25 oktober 2011

Pasta alla Norma


Noem een top 10 van klassieke pastagerechten en dan staat deze saus er vast bij. Of de saus nu ooit bedacht is door een zekere Norma, of het is vernoemd naar de opera Norma van de Italiaanse componist Bellini, is eigenlijk onbekend, maar feit is dat de kinderen het goed aten. De tijd is hier gekomen dat Kleine Chef argwanend wordt als er groene gerechten op tafel komen. Rood is vaak wel goed en hiermee wordt hij op zijn wenken bediend.

Pasta alla Norma
Recept voor 300 gr pasta

1 grote aubergine
olijfolie
1 tl oregano
2 tenen knoflook, gesnipperd
1 klein scheutje balsamico azijn
1 blik of pak tomaatstukjes (400 ml)
2 handen vol basilicum, in reepjes
zout en peper
geraspte pecorino voor het serveren
300 gr pasta

Snijd de aubergine in kleine blokjes en bak ze in 3 eetlepels olijfolie bruin. Voeg de oregano ook toe. Aubergine zuigt alle olie in een oogwenk op, maar hiermee moet het best lukken.
Als de aubergine gaar is, ook de knoflook toevoegen en 2 minuten meebakken. Voeg dan de tomaat en azijn toe en laat alles 15 minuten zachtjes pruttelen. Ondertussen de pasta gaarkoken.

Als alles klaar is, de basilicum toevoegen aan de saus en doorscheppen. Breng op smaak met zout en peper. Serveer met de pasta en pecorino.

Oordeel van het smaakpanel: ze hadden geen commentaar en vonden het een goede maaltijd.


22 oktober 2011

Vlechtbroodje van bladerdeeg



Er stond vorige week zo’n mooi broodje op het blog van A Cozy Kitchen. Het was kunstig gevlochten en zag eruit alsof men er uren voor in de keuken had gestaan. Nu moet ik toegeven dat het niet in vijf minuten is gemaakt, en je moet zeker twintig minuten een zenmoment van rust en liefde over je heen hebben hangen om die dunne deegreepjes te vlechten, maar dan heb je ook wel wat. Ik vond het er tenminste mooi uit zien.

De vulling van het andere blog (appel en roomkaas) zag ik niet zitten, want wij zijn weer even klaar met appels, nadat verschillende boomgaardeigenaren hun overschot bij ons hadden gebracht (dank jullie wel, echt waar, maar we zijn nu wel voorzien) en ik had visioenen van iets met venkel en paddenstoelen. Naar onze bescheiden mening was het goed. We zullen het zeker nog eens maken.

Het werkt prima met een gewoon plakje bladerdeeg, maar je kunt natuurlijk ook een grotere variant maken door meerdere plakjes te combineren. En ik maakte ze overigens ook nog met deeg voor hartige taart, wat een stuk minder vet is, en dat werkt ook, maar misschien kan je er dan beter gewone flappen van maken, want de vlechten rijzen natuurlijk niet zo mooi als bij bladerdeeg (op de foto staat het broodje van bladerdeeg).

De ricotta is precies goed voor 6 plakjes deeg, maar je zal genoeg vulling hebben voor het dubbele aantal. Je kunt natuurlijk de ricotta verdubbelen en 12 plakken bladerdeeg vullen, maar ik verwerkte het restantje in een omelet van drie eieren en dat ging, met de broodjes, ook bij het spruitjessoepje.

Bladerdeeg-vlechtbroodje
Recept voor 6 stuks

30 gr roomboter
1 kleine ui, gesnipperd
1 teen knoflook, gesnipperd
1 venkel, in kleine stukjes, zonder de harde stukken
150 gr oesterzwammen, in reepjes
4 gedroogde tomaten op olie, in reepjes
zout, peper en tijm naar smaak
6 plakjes bladerdeeg (diepvries)
125 gr ricotta
rasp van een halve citroen
zout en peper

Laat het deeg ontdooien.

Fruit de ui, knoflook en venkel zeker 10 minuten in wat boter. Het mag licht kleuren en het moet gaar zijn. Haal het uit de pan en houdt het apart. Bak de paddenstoelen enkele minuten in dezelfde pan in het restant van de boter op middelhoog vuur. Schep ze bij de venkel en voeg ook de tomaten toe. Breng op smaak met zout, peper en tijm.

Roer de ricotta los met het citroenrasp en ook wat zout en peper.

Snijd nu de hoekjes van een plakje bladerdeeg:


En snijd het schuin in.


Smeer er een lepeltje ricotta op.


En een schepje van de vulling.


Vouw de onderkant en bovenkant om.


Vlecht dan de strookjes deeg om en om. Je kan er een beetje aan trekken om ze wat langer te maken.



De liefhebber kan ze nog insmeren met wat losgeklopt ei, maar ik vergeet dat altijd.


Bak de broodjes in ongeveer 20 – 25 minuten bruin in een oven van 180 graden (160 graden hetelucht).



Oordeel van het smaakpanel: het werd matig ontvangen. Kleine Chef wilde nog wel proeven, maar leverde de plakjes oesterzwam vastbesloten bij mij in. Zus weigert elke vorm van eten, want ze is verkouden, en dochter Zo heeft alles gegeten, inclusief de spruitjessoep.



19 oktober 2011

Chicken Tikka Masala


Ik begrijp het wel dat mensen op vakantie uren kunnen doorbrengen in een supermarkt. Of dat ze in het Zuiden van Litouwen toch weer die kleine buurtsuper ter grootte van twee Hollandse huiskamers in willen, terwijl de rest van de familie weet dat er echt niets meer is te vinden dan in die twintig andere waar ze de afgelopen vijf dagen zijn geweest. Ik snap dat, want ik zou het zelf kunnen zijn. Ik moet elke supermarkt in, groot of klein, want het beste souvenir is iets dat je kan eten, of nog beter, iets waar je eten mee kan maken. Een speciale deegroller, een uitstekertje voor ravioli die je alleen in die regio vindt, een speciaal raspje voor die ene kaas, die je thuis nooit meer zal kunnen vinden.
Inmiddels weet ik dat er iemand is die hetzelfde probleem heeft (hoewel het voor mezelf allerminst een probleem is, laat dat even duidelijk zijn), maar zij staat voortdurend stil bij het vak met marinades. En terwijl de rest van het gezelschap nog maar eens begrip toont en een extra rondje langs de zuivel loopt, staat zij te twijfelen tussen dat flesje met honing of dat potje waarvan ze geen idee heeft wat erin zit. Allebei dan maar… En ik begrijp dat echt helemaal.

Jessica van het blog “Oma Mientje” is de marinadefan en voor het Foodblog Event van deze maand koos zij, inderdaad, voor marinades. Ik doe er zelf eigenlijk maar weinig mee, dus ik moest er eens even voor gaan zitten. En bladeren in mijn magazines. Naast keukengadgets is een van mijn zwaktes buitenlandse foodmagazines en op mijn laatste strooptocht van 3 weken geleden sleepte ik een stapeltje Brits leesvoer mee naar huis. En gek genoeg stond in elk nummer (vier verschillende, echt waar) een recept voor Chicken Tikka Masala. Dat moest wel een teken van boven zijn. Tijd om die kip in een badje van yoghurt te vleien.

Chicken Tikka Masala is een typisch Brits-Indiaas gerecht. Men twijfelt nog, maar waarschijnlijk is het gewoon in Engeland bedacht en is het net zo Indiaas als onze babi pangang Chinees is.


Het specerijenmengsel garam masala kan je gewoon kopen, maar ik kwam er op zondagmiddag achter dat ik dat was vergeten. En dit verkoopt mijn buurtsuper toch echt niet. Gelukkig kan je het prima zelf maken met een goed ingerichte specerijenkast. Wat je overhoudt, kan je goed bewaren tot de volgende keer.

Chicken Tikka Masala
Recept voor 4 personen
Bron: de Britse Delicious. van oktober 2011

Garam masala:
1 volle tl kardemompoeder
2 afgestreken tl gemalen komijn
1 afgestreken tl gemalen korianderzaad
½ tl kruidnagelpoeder
1 volle tl gemalen nootmuskaat
1 opgehoopte tl kaneel

Voor de marinade:
4 grote kipfilets
1 tl gemalen komijn
3 tenen knoflook
stukje verse gember van 5 cm, in stukken
1 tl garam masala
1 tl chilipoeder
zout
150ml milde yoghurt
Sap van een halve citroen

Saus:
2 uien, in stukken
stukje verse gember van 5 cm, in stukken
olie om in te bakken
2 tl garam masala
½ tl kurkuma
6 rijpe tomaten
1 tl bruine suiker
300 ml kippenbouillon
150 ml slagroom
sap van een halve citroen
eventueel vers korianderblad voor het serveren
verder rijst en naanbrood voor het serveren


Voor de garam masala alle poeders door elkaar mengen.

Voor de marinade worden de knoflook en gember tot een pasta vermalen in de keukenmachine. Dit zal vanwege de kleine hoeveelheid beter gaan in een klein apparaat. Ook voor de ingrediënten van de saus geldt dat hoe fijner het mengsel wordt vermalen, hoe mooier het gerecht er straks uitziet. Ik kreeg het zelf in mijn machine ook niet echt tot een pasta gemalen. Een vijzel kan misschien nog helpen.
Voeg de specerijen, wat zout, yoghurt en citroensap toe aan de knoflook en gember.
Snijd de kipfilets overdwars enkele malen diep in, zodat de marinade goed in het vlees kan trekken. Doe ze in een kom en giet de marinade erbij. Laat dit 2 tot 8 uur marineren in de koelkast.

De saus: maal de uien en gember ook tot een pasta. Verhit wat olie in een pan en fruit het mengsel, samen met de kurkuma en garam masala, hier 5 tot 10 minuten in, totdat het wat kleurt.
Vermaal ook de tomaten in de keukenmachine tot zeer fijn. Voeg het toe aan de pan, samen met de suiker. Kook dit 10 minuten op matig vuur.
Voeg dan de bouillon toe en laat dit nog eens 15 minuten verder koken, zodat het weer wat inkookt. Het moet uiteindelijk een wat dikkere saus worden die goed aan een lepel blijft hangen.
Verhit de ovengril tot zeer heet. Haal de kip uit de marinade, leg het op aluminiumfolie en daarna onder de gril totdat ze volledig gegaard zijn. Keer ze halverwege om.
Snijd de kip daarna in stukken en leg ze in de saus. Laat dit nog enkele minuten sudderen.
Voeg de room toe en draai het vuur helemaal laag. Als het kookt, kan de slagroom gaan schiften. Voeg het citroensap toe en strooi er eventueel wat vers korianderblad overheen.

Serveer met naanbrood en basmatirijst.


Oordeel van het smaakpanel: niet geproefd. Ze hadden spruitjes en daar waren ze wisselend enthousiast over. De spruiten gaven voldoende rumoer aan tafel, want Kleine Chef heeft ze het liefste heel en gewoon gekookt (ik lieg het niet), maar vandaag was het interessanter om de spruitjes laag voor laag te ontmantelen, om vervolgens de schillen bij een ander op het bord te leggen (namelijk bij mij). Nu ben ik dol op spruiten, maar niet als een ander ze al in zijn mond heeft gehad. Nee, zelfs niet van mijn bloedeigen zoon. Er zijn grenzen.




15 oktober 2011

Pittige noten met rozemarijn


We kregen vrienden op de borrel, die glutenvrij moeten eten en daar ben ik helemaal niet in thuis. Om al het etiketten-lezen te vermijden, besloot ik om als snack een variant te maken op de gekruide noten die hier vorig jaar al stonden.

Pittige noten met rozemarijn
Recept voor 500 gr noten

500 gr gemengde noten (amandelen, hazelnoten, pecannoten, walnoten..)
60 gr suiker
1 tl zout
1 volle tl paprikapoeder
1 volle tl chilipoeder
2 takjes verse rozemarijn, de naaldjes fijngehakt - ongeveer 1 eetlepel


Verwarm de oven voor op 180 graden. Verdeel de noten over een bakblik en bak ze 10 minuten in de oven.
Meng de overige ingrediënten samen in een kom.
Doe het suikermengsel in de pan (doe maar niet de nieuwste koekenpan, maar liever een oude. Het is niet de beste behandeling van je pan) en laat het zachtjes smelten. Een eetlepel water erbij kan helpen om het een beetje gelijkmatig te smelten. Voeg dan de noten toe en schep of schud het om op matig vuur totdat de suiker is gesmolten en de noten bedekt zijn met een suikerlaagje. Als de suiker draden trekt is het klaar.
Oordeel van het smaakpanel: Zus&Zo vinden stukjes lekker, ook al is het best pittig. Kleine Chef is erg verkouden en heeft voldoende aan zuurstof en een constante aanvoer van water.


10 oktober 2011

Tarte tatin met sjalotten en parmezaankorst


Deze taart heeft hier al eerder gestaan, maar ik heb een goede aanvulling erop gevonden: een bladerdeegkorst met Parmezaanse kaas erin. In huize Marsepein is parmezaan of Grana Padano onze vriend (er gaat zeker een pond per week doorheen), dus dit werd erg gewaardeerd. De vulling van gekarameliseerde sjalotten gaat goed samen met het zoute van de kaas. Als kleine taartjes kunnen ze ook goed worden gebruikt als voorgerecht.

Tarte tatin met sjalotten en parmezaankorst
2 personen als hoofdgerecht

Voor het deeg:
6 plakjes diepvries-bladerdeeg
3 el roomboter
60 gr geraspte Parmezaanse kaas

Volg verder dit recept: tarte tatin van sjalotten

Laat het deeg ontdooien.

Laat de plakjes iets overlappen en druk ze aan elkaar.

Smeer de boter erop, maar houd de kanten vrij. Het smeren gaat het beste met de bolle kant van een lepel.


Verdeel de kaas erover.

Klap de deeglap dubbel.


En nog een keer.


Druk de kanten dicht. Rol het deeg weer uit tot de gewenste grootte.


Als je het deeg even wilt bewaren kan je het eventueel met bakpapier en al oprollen.


 Leg het deeg over de vulling heen (volg verder het andere recept).







7 oktober 2011

Aubergineballetjes

Melanzane alla parmigiana in de vorm van een balletje! Dat combineert twee hele goede dingen. Ik was al gek op parmigiana, maar gehaktballetjes, of ze nu met vlees zijn gemaakt of niet, staan ook hoog op de favorietenlijst. Er wordt hier op het blog dan ook druk gewerkt aan een gehaktballenhoekje met recepten uit de hele wereld. Ik vind het altijd leuk om te zien hoe hetzelfde product werkelijk overal ter wereld wordt bereid, maar dan steeds weer anders : Zweedse balletjes met room en bessen, Spaanse albondigas, Ćevapčići van de Balkan, Italiaanse polpette, Griekse keftedes, onze eigen vinken en ga zo maar door. Ik voel direct een drang om ze allemaal te maken. Er wordt dus aan gewerkt!

Voor vandaag dan deze balletjes. Ze zijn gebaseerd op een recept van het blog www.acozykitchen.com , maar in plaats van peterselie gebruikte ik basilicum. Erbij maakte ik pasta met een tomatensaus waarin naast een gefruit uitje en knoflook ook een flinke schep ajvar (een saus van aubergine en tomaat) ging. Beetje kaas erover en het was weer klaar. Ik had de balletjes eerder op de dag gemaakt waardoor het eten uiteindelijk binnen 10 minuten klaar was. Overigens liet ik ze iets te bruin worden, want ik moest ingrijpen bij een ruzietje van de kinderen…


Aubergineballetjes
Recept voor ongeveer 20 balletjes

2 aubergines (niet te klein)
olijfolie
zout en peper
150 gr oud wit brood (ongeveer 5 sneetjes)
1 ei (L)
120 gr geraspte parmezaan
2 tenen knoflook, gesnipperd
een zeer ruime hand basilicumblaadjes

Verwarm de oven op 230 graden (200 voor hetelucht). Snijd de aubergine in dikke plakken van ongeveer een centimeter en leg ze op een bakplaat (leg er bakpapier onder!). Besprenkel ze met 2 of 3 eetlepels olie en bak ze 30 tot 40 minuten in de oven of totdat ze een bruine kleur hebben gekregen.

Maal het brood tot kruimels in een keukenmachine en pak er dan ¼ uit. Zet dit apart. Voeg de aubergine en het ei toe aan het mengsel in de machine en hak het fijn. Voeg dan ook de kaas, basilicum en knoflook toe en meng het weer.

Kijk nu of hier balletjes van zijn te vormen. Als het te nat is, kan je extra broodkruimels toevoegen. Uiteindelijk deed ik alles erbij en kreeg een plakkerig mengsel, dat echter wel te verwerken viel.
Draai er balletjes van ter grootte van een walnoot en laat deze een uur opstijven in de koelkast.


Bak ze daarna bruin in de olie. Eventueel kunnen ze ook een half uur in de oven van 180 graden (160 graden hetelucht) worden gebakken.

Oordeel van het smaakpanel: ja, lekker!


4 oktober 2011

Strata Caprese


Okee, het is een broodpudding, een hartige broodpudding met mozzarella, tomaat en basilicum. Maar ik vind pudding een lelijk woord en ‘broodpudding’ klinkt ook niet erg aanlokkelijk.
Wel had ik hier laatst een strata staan, wat de Amerikaanse versie van broodpudding is. Zeg maar, hartige wentelteefjes in een ovenschaal. Dat klinkt al een stuk beter. Deze strata/broodpudding heeft alles wat de salade Caprese heeft, en meer: knapperig brood en een romig laagje eronder.

Na de foto besloot ik nog iets aan het recept te veranderen. Vandaar dat je de pesto in de foto mist. Op deze foto had ik basilicum gebruikt, maar pesto zal beter werken:

Het kan de oven in!

Strata Caprese
Recept voor 2 a 3 personen

4 flinke tomaten met smaak, in plakjes
200 tot 220 gr (niet afgebakken) stokbrood, in sneetjes van krap een centimeter
200 tot 250 gr mozzarella (2 bollen), in plakjes
een paar flinke eetlepels groene pesto
zout, peper en oregano
300 ml melk
4 eieren (L)
basilicum om erover heen te strooien
verder:
een ovenschaal van ongeveer 20x30 centimeter

Besmeer de stokbroodplakjes met wat pesto. Rangschik de tomaat-, stokbrood- en mozzarellaplakjes daarna om en om in de schaal. Bestrooi met zout, peper en oregano.

Klop de eieren los met de melk en schenk dit gelijkmatig over de plakjes tomaat, brood en kaas.

Zet nu pas de oven aan op 180 graden (160 graden hetelucht), zodat het brood nog wat tijd heeft om het vocht op te zuigen. Bak daarna de strata in 50 minuten bruin en gaar.

Bestrooi met blaadjes basilicum.


Oordeel van het smaakpanel: dochter Zo weigerde na haar eerste hap en dat mag een unicum worden genoemd, want ik dacht altijd dat ze mijn genen had gekregen (lust alles). Broer en zus aten zwijgend alles op, maar complimenten bleven uit. Ik vond het wel lekker. Zomers ook.



1 oktober 2011

Limoncello Tiramisu


Dit recept komt van een Amerikaans blog (The Proud Italian Cook) dat wordt geschreven door een moeder, met ongetwijfeld Italiaanse roots. Ze heeft er geweldige dingen op staan en alles ziet er ook zo mooi uit. Neem vooral even een kijkje!

Dit recept staat er ook op, maar de Proud Italian Cook maakt het in individuele porties. Een grote schaal is echter sneller te maken en de room stijft ook voldoende op om er echt stukken van te kunnen snijden.

Voor de lemon curd moest ik even op zoek. Een uitgebreide supermarkt zal het wel verkopen en je vindt het dan bij de jam, hoogst waarschijnlijk tussen de Chivers lemon marmelade en ginger marmelade in. Zelf maken is een optie, maar het wil bij mij niet lukken. Het spul krijgt een metaalachtige smaak. Ergens doet het ei iets raars met het zuur van de citroenen.

Mijn gasten vonden het heerlijk, maar voor mij had er iets scherpere citroen in gemogen. De smaak is heerlijk romig en de lemon curd en limoncello geven dat laagje citroen erbij, maar misschien vond ik hem nog beter met een scheutje vers citroensap erbij. Dat zou ik door de limoncello hebben moeten mengen.


Limoncello Tiramisu
Voor 6 personen

een halve cake, zelf gemaakt (maak een standaard cake zonder extra smaakjes) of gekocht
limoncello
250 gr mascarpone
200 ml slagroom
1,5 el suiker
200 gr lemon curd
1 citroen + 3 el suiker

Verder een schaal van ongeveer 20x20 cm

Klop de slagroom met de suiker stijf. Voeg daarna de mascarpone toe en klop het mengsel glad. Snijd de cake in dunne plakken van een krappe centimeter. Beleg de bodem van de schaal met een enkele laag cake. Besprenkel dit met limoncello, maar wees vooral niet zuinig! De cake moet het allemaal wel kunnen opzuigen. Schep hier een paar eetlepels lemon curd op en strijk het glad. Schep hierop een laag slagroom/mascarpone en strijk het glad. Leg hierop weer cake met limoncello en daarop lemon curd. Dek alles af met een laatste laag slagroom. Misschien heb je niet alles nodig van de slagroom.

Haal de schil, zonder het wit eronder, van de citroen met een mesje of dunschiller. Doe dit in een pan met een laagje water en enkele eetlepels suiker. Laat dit 15 minuten zachtjes koken. Proef: de citroen moet eetbaar zijn en een zachte zoete smaak hebben. Laat het in de siroop afkoelen totdat je het nodig hebt. Verdeel het dan over de tiramisu. Het sap van de citroen wordt niet gebruikt, of je zou een beetje ervan door de limoncello willen doen.

Laat de schaal minimaal een paar uur opstijven in de koelkast. ’s Morgens maken en ’s avonds eten is ideaal.


Het smaakpanel lonkte naar de slagroom, maar ze kregen biologische mangoyoghurt, wat beduidend lager werd ingeschat. Tja. Nog een jaar of 14 wachten, jongens.