29 februari 2012

Pasta alla Trapanese



Tomaten met amandelpesto… Eigenlijk iets te zomers op een moment dat de vinken in de achtertuin nog worden bijgevoerd met hartversterkende hapjes. Maar dat bedacht ik me pas aan tafel. Morgen dus gewoon maar weer boerenkoolstamppot en dit recept bewaren we nog een aantal maanden.

Gebruik tomaten met smaak en neem niet met minder genoegen. Tenslotte leunt het hele gerecht op ze. Ontvellen (kruisje erin snijden en even onderdompelen in kokend water, zodat je het vel zo los trekt) hoeft niet, mag wel. Ik stoorde me niet aan het velletje, ook omdat je alles fijnmaalt en er hooguit wat minuscule sliertjes vel te herkennen zijn in de pesto. Snijd de tomaten wel even in stukken, of op zijn minst in tweeën, anders stuitert de keukenmachine van enthousiasme van het aanrecht af…
 

Pasta alla Trapanese
voor 300 tot 400 gram pasta

60 gram geschaafde amandel
1 bosje/plantje basilicum
1 flinke teen knoflook, gesnipperd
zout en peper
4 ons tomaten met smaak, gehalveerd
100 gr pecorino, geraspt
een scheut olijfolie
300 tot 400 gram pasta

Rooster de amandel kort in een hete en droge koekenpan totdat ze licht kleuren.

Doe dan alle ingrediënten, behalve de olie en de pasta in een keukenmachine met sikkelmes en maal alles fijn tot een saus. Het hoeft geen gladde saus te zijn; je mag nog kleine stukjes amandel zien. Voeg dan een scheut olie toe en meng nogmaals.

Kook de pasta gaar en meng de pesto. Serveer eventueel met extra kaas.

Oordeel van het smaakpanel: het gaat er nog niet zo soepel in als een gewone Hollandse pan macaroni, maar veel gemopper hoor ik ook niet.


25 februari 2012

Marokkaanse pannenkoekjes met amandelspijs en appelcompote


Beghrir zijn fraaie, Marokkaanse pannenkoekjes met gist. Door de gist vormen zich gaatjes, die er om schreeuwen om het traditionele mengsel van boter en honing op te slurpen. Maar ze doen het ook erg goed met appel en spijs. Bovendien leken ze me ook ideaal voor hartige vullingen, omdat het griesmeel dat wordt gebruikt een aparte, volle smaak heeft. Maar vraag me nu niet om dat te omschrijven… Overigens gaat het niet om gewoon griesmeel zoals de supermarkten dat verkopen, maar een fijnere soort waarvoor je naar een Turkse/Marokkaanse winkel moet. Ons eigen griesmeel is grover.

Makkelijk zijn ze overigens niet. Pas toen ik was aanbeland op de bodem van mijn kom met beslag kon ik zeggen dat ik doorhad hoe ik de meeste gaatjes in de pannenkoeken kreeg. De truc lijkt te zijn om met een behoorlijk hete pan te beginnen en het vuur na het vormen van de gaatjes weer wat lager te draaien, zodat de koeken om hun gemak kunnen garen. Kwestie van uitproberen dus. Wees ook matig met het invetten van de pan; het beslag vloeit beter uit in een zeer licht ingevette pan.


Marokkaanse pannenkoekjes met amandelspijs en appelcompote
4 personen

Pannenkoeken:
100 gr bloem
175 gr fijn griesmeel
2 eieren
1 zakje gedroogde gist en 1 tl suiker
¼ liter water en ¼ liter melk
zout
1 tl kaneel
neutrale olie of roomboter om in te bakken

Compote:
3 grote appels, geschild en in blokjes
1 a 2 el suiker

half pakje kant en klaar amandelspijs

Start de gist in een scheutje lauw water met de suiker en laat dit 5 minuten staan.

Klop daarna van alle ingrediënten voor de pannenkoeken een beslag en laat dit op een warme plek een uur rusten. Daarna moet het een levendig en gistend beslag zijn.

Kook de appelblokjes met een scheutje water zachtjes tot een grove compote en voeg de suiker toe. Laat afkoelen.

Gebruik voor de pannenkoekjes een kleine koekenpan en laat deze heet worden. Voeg een klein beetje neutrale olie of boter toe en bak een dun pannenkoekje. Draai de pan niet teveel om het beslag te verdelen, want de gaatjes worden direct gevormd. Begin ook op hoog vuur. De gist zal onmiddellijk moeten werken en belletjes vormen. Draai het vuur dan wat lager en laat de pannenkoek garen. Het wordt niet gedraaid! Dus als de bovenkant droog is, is het klaar. Leg de pannenkoeken steeds met de ongebakken kant op elkaar als je eerst al het beslag wilt bakken in plaats van direct opeten. Bewaar ze eventueel in een lauwe oven.

Serveer de pannenkoekjes met een schep appelcompote en wat verkruimeld spijs. Bestrooi eventueel nog met poedersuiker en geschaafde amandelen.

Oordeel van het smaakpanel: ze eten ze gewoon met stroop, maar dat vind ik al bijzonder, want ze hebben niet echt dezelfde smaak als gewone Hollandse pannenkoeken.



21 februari 2012

Rundvlees met port en chocolade


Het gebeurt niet vaak, maar Meneer kwam met een recept aan. Dít moesten we echt eens maken! Toen hij na een week vroeg waar het toch bleef, besloot ik het voor dezelfde avond te maken. Met scepsis hoor; tja, chocolade… Het kan werken, maar het kan net zo goed bijzonder vies zijn. Van het originele recept heb ik maar weinig overgenomen, want het klopte niet, naar mijn bescheiden mening, en het deed moeilijk met perenschillen, bonenpuree en runderwangen, waar ik bij mij buurtsuper niet mee hoef aan te komen.

Maar, het was ontzettend lekker! Ook voordat de chocolade erin ging was de smaak al geweldig en vulden de port en het sap elkaar perfect aan. Een klein beetje chocolade maakte het af. Gebruik echter niet teveel. Het is geen dessert!

Wij aten er aardappelpuree en spruitjes bij.

Rundvlees met port en chocolade
Geinspireerd door een recept van de BBC Good Food
4 personen

1 kilo runderriblappen, in blokken
roomboter om te bakken
2 uien in halve ringen
3 tenen knoflook, gesnipperd
175 ml rode tawny port
1 sinaasappel, sap en geraspte schil
peper en zout
halve liter hete runderbouillon
35 gr pure chocolade

Verder een braadpan met deksel


Warm de oven voor op 130 graden (110 graden hetelucht).

Dep het vlees droog en bak het snel rondom bruin in de boter. Haal het vlees uit de pan en houd apart. Fruit dan de ui en knoflook enkele minuten in dezelfde pan.

Voeg de port en sinaasappelsap toe en warm het door. Schep het vlees weer terug en ook de sinaasappelschil en wat zwarte peper. Voeg bouillon toe totdat het vlees onder staat.

Verwarm het nu totdat het borrelt en zet de pan dan in de oven met het deksel op een kiertje. Als je een thermometer hebt, steek deze er dan ook bij. Het vlees bereikte bij mij een constante temperatuur van 80 graden, maar dit kan natuurlijk per oven verschillen.

Ga nu iets anders doen en laat het vlees gaar worden. Misschien is het in een uur of drie klaar, maar misschien duurt het wel vijf uur. Vooraf bereiden is daarom wel zo fijn. Als bonus wordt het vlees er alleen maar lekkerder van…

Als het vlees gaar en zacht is, de pan uit de oven halen. Afhankelijk van de oventijd heb je waarschijnlijk nog een behoorlijke hoeveelheid vocht over. Een krappe halve liter is een mooie hoeveelheid, maar minder (en dus dikker) kan ook. Als je nog teveel in de pan hebt zitten, giet dan de inhoud van de pan door een zeef, houd het vlees apart, en kook het vocht verder in tot de gewenste hoeveelheid. Voeg het vlees dan weer toe en smelt de chocolade erin. Proef, breng op smaak met zout als dat nog nodig is, en serveer.


Oordeel van het smaakpanel: dit wilden ze wel. De spruiten werden genegeerd.




17 februari 2012

Sandwich Wensleydale met wortelchutney


Elf jaar geleden besloot warenhuis Marks&Spencer weg te gaan uit de Kalverstraat in Amsterdam. Ik weet het nog als de dag van gisteren, want ik kwam er graag. Niet voor de kleding, die behoorlijk truttig was voor de jeugdige mejuffrouw Marsepein, maar voor de supermarktafdeling, die een wereld voor mij opende. Waar anders dan bij de M&S kon je terecht voor crumpets, hot cross buns, sinaasappelsap met aardbeien (toen toch echt nog een luxe sapje) of Tikka Masala? Ik weet nog wel hoe ik langs de chips, desserts en christmas puddings struinde, treuzelend om te zien hoe ik mijn studentenbeurs ging besteden. Om de week erna gewoon weer te gaan. In 2001 vertrokken ze uit Nederland, mij achterlatend met een gat in het hart.

Maar ach, tijden veranderen en wie niet op het vliegtuig stapt, maakt tegenwoordig gewoon zelf Britse broodjes. Vandaag een ode aan een sandwich van de M&S: met Wensleydale en caramelized carrot chutney. Geweldig lekker. Het wordt alleen een beetje lastig om de kaas te vervangen. Wensleydale is een harde kaas (zoals onze Goudse), die makkelijk verkruimelt en licht zoetig en tegelijkertijd wat zuur smaakt. Met je ogen dicht denk je qua smaak het eerste aan zachte geitenkaas. Ongetwijfeld dat de chutney het heel goed kan vinden met geitenkaas, maar hard is het niet. Misschien dan maar gewoon een hele goede belegen boerenkaas. Is ook lekker. En die chutney is een must. Gaat trouwens ook moeiteloos verder op een toastje met wat roomkaas. Gewoon proberen!

Met de ingrediëntenlijst van het broodje in de hand heb ik geprobeerd deze na te maken en het komt aardig in de buurt.


Broodje Wensleydale met wortelchutney
Voor de wortelchutney:
(maakt een bescheiden hoeveelheid, die binnen een aantal dagen kan worden opgegeten)

300 gr geraspte bospeen
200 ml water
150 gr suiker
50 gr rauwe, geraspte ui
1 tl zout
75 ml witte wijnazijn of appelciderazijn


dan per broodje:
2 sneetjes lekker brood
1 kleine eetlepel roomkaas (Philadelphia)
1 kleine eetlepel Griekse yoghurt
50 gr Wensleydale kaas, verkruimeld
1 ruime eetlepel chutney
eventueel een beetje sla

Voor de chutney worden alle ingrediënten in een pan gedaan en aan de kook gebracht. Laat het 50 minuten zachtjes pruttelen zonder een deksel erop te doen. Het vocht zal grotendeels verdampen, maar laat het zeker niet droog koken. Op het laatst zal er nog een kleine hoeveelheid vocht over zijn (voeg anders tijdens het koken water toe) en dit wordt tijdens het afkoelen door de wortels verder opgenomen. Het eindresultaat is een soort rulle ‘jam’, die niet echt smeerbaar is.

Vermeng de kaas met de roomkaas en yoghurt en smeer dit op een snee brood. Verdeel er de chutney over en dek af met de tweede snee brood. Ontzettend lekker…

13 februari 2012

Preikoekjes met spek en gruyere


Deze koekjes hebben we nu een paar keer gegeten en ze gaan er hier in als eh…. nou ja, koek dus. Ik heb ze gemaakt met chorizo en feta, maar herinnerde me bij het eten ervan dat ik eigenlijk wel klaar was met chorizo. Voorlopig dan. Dus daarna maakten we ze met spekreepjes en gruyere en die bevielen erg goed. Koud zijn ze ook nog erg lekker. Bij de soep bijvoorbeeld, als je de dag erna te lui bent om zelfs maar even de magnetron aan te zetten, zoals hier het geval was na een dag schaatsen.

Strooi er eventueel nog wat citroenrasp over en maak er een sausje bij van twee zeer klein gesneden tomaten (zonder sap en zaadjes), 2 tenen knoflook uit de pers, yoghurt, een schep mayonaise en wat fijngesneden peterselie.

Preikoekjes met spek en gruyere
4 personen

Beslag:
250 gr bloem
2 eieren
zout
zoveel water als nodig is om een beslag te kloppen

500 gr prei
150 gr spekreepjes of chorizo in kleine stukjes
200 gr goede feta, in kleine stukjes, of 150 gr gruyere in kleine blokjes
een handvol gehakte, verse platte peterselie
olie om in te bakken

Maak een beslag van de genoemde ingrediënten.
Was de prei en snijd het in dunne, halve ringetjes. Kook de prei gaar in wat water en laat het afkoelen.
Voeg de prei, kaas en spek of chorizo toe aan het beslag en schep door. Het geeft een flink gevuld beslag.
Bak een aantal koekjes tegelijkertijd in de olie, in een koekenpan, aan beide zijden bruin.

Oordeel van het smaakpanel: overwegend tevreden


9 februari 2012

Pizza met mascarpone en portobello


Laat het Meneer Marsepein maar niet horen, maar ik ben een beetje klaar met zijn pizza’s met artisjok, gorgonzola en massa’s ansjovis. Nu is pizza’s maken zijn ding en normaliter mag ik dan niet in de keuken komen, maar toen hij zich laatst helaas in de uren had vergist en niet op tijd thuis kon zijn om zijn pizzadeeg te beleggen, nam ik het heft in eigen hand. Hij vond het zowaar een geslaagde pizza.

Ik geef nu even geen recept voor het deeg, want wij doen maar wat. Meestal komt het wel neer op dit recept, maar Meneer pakt net zo goed lukraak iets uit de kast, waar altijd een ruime voorraad ‘sterk meel’, pastabloem of roggemeel staat. Hij heeft dan ook een roggemeel-periode gehad, die rustieke en verrassend lekkere pizza’s opleverde (1 deel roggemeel op 2 delen sterk meel). Maar goed, de meeste supermarkten komen niet verder dan pakken Koopmans en daar heb ik mij eerder al veel te druk over gemaakt.

Pizza met mascarpone en portobello
Gebaseerd op een recept van BBC Good Food
Voor 1 grote bakplaat

350 gram pizzadeeg, naar eigen inzicht
olijfolie
3 of 4 portobello’s, in dunne plakken
2 tenen knoflook, gesnipperd
2 kleine tl tijm
150 gr mascarpone
75 gr rauwe ham (bv Coburger), in reepjes
100 gr geraspte kaas naar keuze (bv gewoon belegen Goudse)
20 zwarte kalamata olijven
een ruime hand gehakte verse peterselie
rucola


Verwarm de oven voor op 220 graden (200 graden hetelucht).

Bak de portobelloplakken met de knoflook en tijm in wat olie totdat ze net zacht zijn. Bak het op niet te hoog vuur, anders verbrandt het knoflook.

Rol het deeg uit tot zeer dun en leg het op de bakplaat. Prik het in met een vork en bestrijk het met een beetje olijfolie.  Smeer de pizzabodem dan in met de mascarpone; geen belachelijk dikke laag, maar schrapen hoeft nu ook weer niet. Dit gaat nog het beste met de bolle kant van een lepel.

Beleg de pizza dan met de portobello, ham, olijven, peterselie en tenslotte de kaas.

Bak de pizza gaar in de oven in 15 tot 20 minuten. Haal er uit en strooi er dan pas een paar handen rucola op.

In plaats van de geraspte kaas kan er ook na het bakken wat geschaafde parmezaan over.

Oordeel van het smaakpanel: pizza is pizza, het beleg maakt niet uit en het is altijd goed. Ik heb zulke makkelijke kinderen…


5 februari 2012

Noedels met gehakt en peultjes


Dit is voor mij puur comfort food! Verwarmend, geurig en nog snel ook. Wat ook ‘comfort’ is, is dat de kinderen braaf liggen te slapen, want dit is alleen voor ons. Kleine Chef en Zus&Zo worden hier nog niet mee lastig gevallen. Ik zie ze ook nog geen noedels met saus eten eigenlijk. Laat staan dat ik wil weten hoe de tafel er daarna uitziet…

Snijd de groente in niet te fijne stukjes; je wilt op het bord nog wel iets hebben om een vork in te zetten.


Noedels met gehakt en peultjes
2 personen

olie om in te wokken
1 bundeltje bosuitjes (5 a 6 stuks), in schuine stukken van 2 cm gesneden
1 rode paprika, in repen
stukje gember, gehakt (25 gr)
sausje van: 90 ml water / 30 ml vissaus / 30 ml sojasaus / 20 ml droge sherry / 20 ml zoete chilisaus en een eetlepel hoisinsaus
3 ons rundergehakt
150 gr peultjes (bv uit de diepvries)
1 el bloem
125 gr noedels
verse koriander, een flinke hand, gehakt


Breng een pan water aan de kook om de noedels straks in te koken.
Wok de bosuitjes, paprika en gember kort in wat olie totdat ze halfgaar zijn.
Voeg het gehakt toe en bak het rul en bruin.
Voeg het sausmengsel toe en schep door.
Kook de noedels gaar.
Voeg de peultjes toe aan de wok, blijf omscheppen en bak dit ook nog eens 3 minuten.
Doe de eetlepel bloem erbij om te saus wat te binden.
Voeg de noedels toe aan de wok en serveer het dan met de verse koriander.




1 februari 2012

Pasta met een pesto van mais en bacon


Nee, niet wegklikken! Dit recept is GOED!

Ben je er nog? Mooi. Okee, mijn interesse wordt wél gewekt door dit soort maffe recepten, maar ik snap dat deze pesto niet direct bij iedereen tot de verbeelding spreekt. En toch… Plakjes bacon die knapperig worden gebakken, zoete maiskorrels, zoute pecorino, veel vers basilicum, walnoten en rauwe knoflook?  Klinkt dat nog steeds raar? De pesto is zalig: serieus. Romig, zout, vol smaak en geur, en dit komt hier definitief weer op tafel. Probeer het eens?

Het recept komt bij collega-culiblogger Herbie Likes Spaghetti vandaan, die het op hun beurt weer van Lottie+Doof hebben.


Verrassend goede pasta met een pesto van mais en bacon:
voor 300 tot 350 gr pasta

100 gr bacon in plakken
50 gr pecorino, geraspt
1 pot mais, uitlekgewicht 230 gr
50 gr walnoten
1 teen knoflook, in stukjes
1 flinke bos basilicum, in reepjes (zeg maar, twee handen vol aan gesneden basilicum)
olijfolie, zout en peper
300 gr pasta
extra pecorino om te serveren

Bak de bacon, eventueel in wat olie, knapperig en leg apart. Laat de mais uitlekken en schep de korrels in het vet van de bacon. Laat ze hierin even bakken. Pak er een kwart vanaf en hou dit apart. Schep de mais (ik liet het vet achter in de pan) in een keukenmachine en voeg daar de kaas, walnoten en knoflook aan toe. Maal dit kort tot een niet te fijne pasta. Voeg olie toe tot de consistentie goed is (je hebt niet erg veel nodig, want de pesto is al vrij nat) en breng op smaak met zout en peper.

Snijd de bacon in stukjes.

Kook de pasta gaar, giet af, maar je kan wel een klein scheutje kookwater in de pan achterhouden.  Voeg er dan de pesto, achtergehouden hele maiskorrels, bacon en basilicum aan toe. Serveer met geraspte pecorino.

Oordeel van het smaakpanel: het bord wordt gretig bijgehouden voor tweede porties. Het bevat dan wel niet veel groente, maar slecht is het toch ook niet te noemen. Ik ben al weer tevreden.