31 augustus 2012

Salade van krieltjes, sperziebonen en pesto


De oogst uit eigen tuin was niet groot deze zomer. De naaktslakken hanteren de techniek van de verschroeide aarde en laten niets overeind staan. Zelfs mijn aardappelplanten werden kaal geknaagd. Vlug trok ik de aardappeltjes ook maar uit de grond en ze hadden wel wat groter mogen zijn, maar toch waren ze heerlijk. Er gaat maar weinig boven een verse aardappel, direct uit de grond. Dat maakt echt een wereld van verschil met een supermarktaardappel. Voor wie het nooit heeft geprobeerd: stop van de lente maar eens een paar uitgelopen (vaste) aardappels in de grond. Ik denk dat het zelfs wel in een grote bak moet lukken.


Boven op het balkon staan de sperziebonen (slakken zijn gek op jonge, krullerige sliertjes; het is volkomen zinloos om die beneden te laten staan) en daar kon ik redelijk van plukken. En zo zat ik dus met een paar handen verse sperziebonen en mooie krieltjes; bij warm weer schreeuwt dat om een salade. Eentje met een verse, grove pesto:

Salade van krieltjes, sperziebonen en pesto
recept voor 2 personen

Ik heb niets afgewogen, dus jullie krijgen een summiere omschrijving:
gelijke hoeveelheid krieltjes en sperziebonen (voor 2 personen)
1 bol buffelmozzarella

voor de pesto:
handje amandelen of pijnboompitten
stukje parmezaan (50-70 gram)
1 teen knoflook
zout
olijfolie
twee volle handen vers basilicumblad


Kook de geschilde krieltjes en de sperziebonen gaar. Laat ze direct afkoelen onder de koude kraan en doe ze in een schaal.

Ik wilde een grove pesto, dus ik deed noten, parmezaan in stukjes gesneden, en de knoflook in een keukenmachine en maalde dit. Als je het fijner wilt hebben, moet de kaas eerst geraspt worden. Voeg dan zout en basilicum toe, maal het weer fijn, en meng het tot de juiste smeuïgheid met olie.

Schep dit door de aardappels en bonen en scheur de mozzarella er in stukjes doorheen. Laat dit even staan, eventueel in de koelkast, maar laat het voor het serveren eerst even op kamertemperatuur komen.

Oordeel van het smaakpanel: ze kregen macaroni, maar dochter Zo wilde wel even de aardappels proeven. Ze vond ze lekker. Allicht…!




28 augustus 2012

Risotto met tomaat en rozemarijn


Met risotto kan je alle kanten op, maar de lekkerste zijn toch de simpelste, waar niet teveel aan is toegevoegd. Dit is er zo eentje: geruststellend romig, subtiel en mooi van kleur. Met een stoofpotje van zachte blokken rundvlees in wijn en tomaat ernaast wordt het comfort food, met een stukje gebakken vis erop is het puur zomers, maar wij aten het met wat gebakken plakken halloumi erbij. Gewoon, omdat ik te moe was om nog naar de visboer te fietsen… Maar een stuk kabeljauw had mij het lekkerste geleken!

Risotto met tomaat en rozemarijn
Ik maak dit voor 2 volwassenen en 3 peuters:

1 ui, gesnipperd
olijfolie
300 gr risottorijst
120 ml rode wijn
1 blik tomaatstukjes (400 ml)
1 liter hete groente- of kippenbouillon
1 takje verse rozemarijn, de naaldjes fijngehakt
75 gr parmezaan, geraspt
eventueel klontje roomboter



·        Fruit de ui in wat olie ongeveer 10 minuten op zacht vuur zonder het laten kleuren.
·        Voeg de tomaatstukjes en rozemarijn toe en laat dit enkele minuten zachtjes bakken.
·        Draai het vuur hoger en doe de rijst in de pan. Laat de rijst even meebakken zodat het door en door heet wordt. Giet de wijn erbij en schep door.
·        Zodra de wijn in de rijst bijna is opgenomen, een scheut hete bouillon toevoegen.
·        Blijf bouillon met scheutjes toevoegen zodra de vorige scheut is opgenomen en blijf vooral roeren! Veel roeren maakt de risotto romig. Dit duurt bij elkaar 18 tot 20 minuten en de rijst is dan al dente: zacht, maar nog wel stevig. Je hebt waarschijnlijk niet alle bouillon nodig.
·       Goede risotto blijft op het bord niet liggen waar het is neergelegd: het vloeit uit. Het mag geen vaste klont zijn, maar het is ook geen pap. Wel is het vrij nat. Er mag aan het einde van de kooktijd dus nog flink wat vocht in de pan zitten. Hoeveel? Tja, dat is toch een kwestie van uitproberen. In ieder geval zal het toevoegen van de kaas helpen bij het romige karakter van de rijst. Voeg de parmezaan toe, roer door, draai het vuur uit en laat de rijst nog even staan. Een Italiaan zal op dit moment ook een klont boter toevoegen, maar ik laat het zelf altijd achterwege voor doordeweekse maaltijden. Ik doe al genoeg om dik te worden en ik mis het niet echt.
·        Nu moet de risotto precies goed van consistentie zijn: romig en “lopend”. Direct serveren; risotto kan je niet bewaren of opwarmen. Serveer met wat extra geraspte parmezaan.

Oordeel van het smaakpanel: zoals altijd wordt risotto hoog gewaardeerd.


24 augustus 2012

Peper en parmezaan shortbread


Kaaskoekjes… krijgen we er ooit genoeg van? Ik meen dat dit het 3e recept hier is. Deze koekjes zijn lekker pittig van smaak, maar zoals met al het shortbread zijn ze vrij los van structuur, en het is geen koekje om lang op te kauwen. Maar toch, maar toch... Absoluut lekker!
 
Peper en parmezaan shortbread
Recept voor ongeveer 24 koekjes
Bron: het Foodblog TechnicolorKitchen

110 gr koude gezouten roomboter, in stukjes
40 gr geraspte parmezaan
1 tl gemalen zwarte peper
½ tl zout
1 tl gedroogde tijm
175 gr bloem

Meng alle ingrediënten rap samen tot een samenhangend deeg. Niet te lang kneden, want dat maakt de koekjes taai. Mocht het nog te droog blijven, voeg dan een eetlepel water toe. Vorm het deeg in een dikke worst en verpak dit in folie. Leg het minimaal een half uur in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 175 graden (150 graden hetelucht).  Snijd de deegworst in plakjes (ongeveer 24 stuks) en leg ze op bakpapier op een bakplaat. De koekjes zullen niet uitlopen, dus ze kunnen vrij dicht op elkaar liggen. Bak de koekjes in 15 tot 20 minuten bruin aan de randen. Laat ze eerst afkoelen voordat je ze van de bakplaat haalt, anders zijn ze te kwetsbaar.

Oordeel van het smaakpanel: U zou het toch ook wel vreemd vinden als ze hier hun neus voor op halen, hè? Dat deden ze dan ook niet.






20 augustus 2012

Jamie's perzikijs (30 minute meals)


Even iets korts uit Jamie’s 30 minute meals: snel perzikijs zonder een ijsmachine.

Snijd een pond perziken in kleine stukjes (met schil) en vries dit in een enkele laag in. Hoe kleiner je het nu snijdt, hoe beter het straks valt te pureren; van een stel bevroren halve perziken zal de keukenmachine acuut van het aanrecht stuiteren.

Pureer de bevroren perziken in een stevige keukenmachine met het sikkelmes (een blender of staafmixer wordt niets). Zodra het geheel fijn is, 500 ml Griekse yoghurt en 4 á 5 eetlepels vloeibare honing toevoegen. Werk snel zodat de massa zo koud mogelijk blijft. Schep het dan vlug over in een bak en plaats terug in de vriezer. Na twee uur is het weer goed bevroren en is het schepbaar. Als je het langer laat staan, zal het behoorlijk hard opvriezen en moet het eerst weer wat ontdooien. De schepbare variant is uiteraard wel het lekkerste.

Oordeel van het smaakpanel: ander ijs! Ander ijs! Ja hoor, ze willen gewoon zo’n stomme invrieslolly. Ik vond het zelf lekker fris zomerijs. Voor meneer had het wat zoeter gekund.




16 augustus 2012

Mary Berry’s Devonshire Scones


Wat is het toch met die scones? Zonder toevoegingen is het maar een saai koekje (of is het toch eerder een broodje?), maar met clotted cream en jam is het precies goed. Licht zoet, niet te luchtig en een ideale drager voor andere smaken.

De meeste recepten voor scones lijken sterk op elkaar, maar ik vond toch twee verschillende: ik maakte de scones van Jamie Oliver (uit “Jamie’s Great Britain”) en die van Mary Berry. Jamie gebruikt een keer zoveel roomboter als Mary en vervolgens slechts een scheutje melk. Mary gebruikt dus matig boter en veel melk, en dat geeft een veel natter deeg. Ik vond Jamie’s deeg te droog en te kruimelig. Van mij mag een scone wel wat meer op een luchtig broodje lijken.


Overigens, en ik wist dat dus niet, las ik dat de gemiddelde Brit niet ‘skoon’ (/ˈskn/)zegt, maar ‘skon’ (/ˈskɒn/). In Amerika mag je wel weer over ‘skoons’ praten.

Mary Berry’s Devonshire Scones
Bron: My Kitchen Table: 100 Cakes and Bakes - Mary Berry
recept voor ongeveer 10 scones

450g zelfrijzend bakmeel
2 tl bakpoeder, niet afgestreken, niet met een kop erop, maar iets ertussenin!
75 gr koude roomboter
50 gr suiker
2 eieren (L)
ongeveer 225 ml melk

Voor erbij:
aardbeien- of frambozenjam, of vers fruit
clotted cream, maar bij gebrek daaraan is mascarpone of gewoon geklopte slagroom ook geen straf

Clotted Cream


Verwarm de oven voor op 220 graden (195 graden hetelucht).

Doe de bloem en het bakpoeder in een kom. Voeg de boter er in stukjes aan toe en meng de boter er met je vingers doorheen tot het zeer kleine stukjes zijn. Meng de suiker erbij.

Klop de eieren los en voeg melk toe tot je in totaal 300 ml hebt. Voeg dit met beetjes toe aan de bloem, maar je moet een beetje overhouden. Ik hield zelf nog zo’n 100 ml over. Meng het vlug tot een plakkerig, maar hanteerbaar deeg. Kneed het niet te lang; daar wordt het deeg taai van.

Rol het deeg dan uit tot een dikke plak van 2 cm en steek er met een vormpje van 5 of 7 cm scones uit. Rol het restant weer opnieuw uit en steek daar ook weer scones uit.

Leg ze op een ingevette bakplaat of bakpapier. Bestrijk de bovenkanten met het overgebleven melkmengsel en bak de scones 10 tot 15 minuten tot ze goed gerezen en bruin zijn. Laat ze afkoelen.

Serveer ze zo vers mogelijk met room en fruit.



Als je een dag later nog met overgebleven scones zit (geeft niets, kan gebeuren), breek ze dan in stukjes en meng ze licht met geklopte slagroom en een schep aardbeien(puree) voor een snel toetje.

Oordeel van het smaakpanel: O nee! Ze lusten geen clotted cream! Where did I go wrong??




12 augustus 2012

Pasta met courgette en pistachenoten


Het komt hier met grote regelmaat voor dat Meneer in een ver, koud land geniet van elandensteak en bouillon van rendierhoefjes, maar ook dan redden wij ons hier thuis heel aardig. Het enige lastige is eigenlijk dat ik rond etenstijd ongeveer 10 tot 15 minuten de tijd heb om het eten te maken. Dat is anderhalve Hoelahoep of een aflevering van Pieter Post. Daarna wordt het kleine volk onrustig en begint aan messen te trekken die uitnodigend op de rand van het aanrecht blijken te liggen, of ze trekken het koffiezetapparaat aan zijn stekker van de plank. Kortom, de bereiding moet ‘rapido’. Met een beetje planning zet ik de pan op tafel terwijl de eindtune van Pieter klinkt. Maar voorbereiding is wel het halve werk. Zoals bij deze pasta. Die noten moet je dus wel even van tevoren pellen, want daar ben je in de praktijk een half uur zoet mee. De courgette staat uiteraard ook al in piepkleine blokjes klaar en de pasta staat afgewogen te wachten als ik thuis kom. Maar dan ben je ook wel klaar in de tijd die het kost om de pasta te koken.

Pasta met courgette en pistachenoten
recept voor 2 personen

75 gr pistachenoten, gepeld
1 courgette (250 -300 gr), in piepkleine blokjes
olie om in te bakken
150 ml slagroom
200 gr pasta

De noten moeten vrij fijn worden gehakt, eventueel met behulp van een keukenmachine. De courgette wordt in de olie zacht en een tikje bruin gebakken.

De pasta ondertussen gaar koken en afgieten. Meng er dan courgette, noten en slagroom doorheen. Serveren met geraspte Parmezaanse kaas. Stop de tijd!

Oordeel van het smaakpanel: geen commentaar. Bordjes leeg.


7 augustus 2012

Pizza Rustichella in Oxford



Laatste dag van een week Oxford. Ik zat in de schaduw van Oxford Castle, counting my blessings. Het was een mooie week; volop zomer met temperaturen waarbij je met een tintelend koude rosé op een terras moet zitten (maar ik zat vooral in een kantoor). De stad was vol mensen en zelfs om twaalf uur ’s nachts waren de straten nog vol met vooral studenten die de zomer vierden, of gewoon niet wisten wat ze met hun tijd aanmoesten. Ik liep langs de food vans, busjes waarin patat en kebab wordt gemaakt. Of pizza’s. In een oude, grijze Citroen bus had men een pizzaoven gebouwd en gezien de rij mensen die ervoor stonden te wachten, werkte het ook nog goed. Ik at bij Jamie Oliver en in het restaurant van Malmaison, de oude gevangenis, maar zoals dat gaat in weken waarin je teveel eet, aan het einde snak je naar iets normaals. Pizza dus. Bij de Pizza Express op de binnenplaats van Oxford Castle. Ik zou niet hebben toegegeven dat ik daar had gezeten als het niet ontzettend goed was geweest. Dit was geen fast food, dit was een verdomd goede pizza. Driftig schreef ik op wat er op lag: slechts een veeg tomatensaus, iets uitgebakken pancetta, flinters parmezaan, rucola, mozzarella en een drizzlevan caesardressing erover. Het stond genoteerd.

Na de lunch vertrok ik voor mijn laatste boodschappen. Het is nooit genoeg, maar ik was tevreden met mijn buit: shortbread, HP sauce, mature cheddar, Wensleydale cheese, clotted cream, porter, mustard powder, simnel cake, en helaas moesten de worcestershire sauce flavoured crisps van de Marks&Spencer achterblijven vanwege ‘niet praktisch in de koffer’.

Deze week in Oxford was me dierbaar. Het bankje aan de weide van Christ Church, dat al snel mijn vaste stek werd voor de avond (wat kunnen goede dingen snel wennen. Alsof je nooit anders hebt gedaan!), de lichtbittere cider in een pub in een achteraf straatje, de tuin van het kasteel waar ze de tafels voor het diner in de avondzon hadden neergezet, de vriendelijke taxichauffeurs die mij tot tweemaal toe succes bij de Spelen wensten met mijn Zweedse team (huh?) en de straten die vol hingen met de Union Jack, vanwege diezelfde Olympische Spelen. Man, wat een week. Ik heb genoten…










Pizzadeeg voor 2 grote bakplaten
Kneed een soepel brooddeeg van:
500 gr broodmeel (geen bloem)
200 gr fijne tarwegriesmeel (waar je ook pasta van maakt)
3 volle tl zout
flinke scheut olijfolie
eventueel klein beetje gedroogde tijm
1 zakje gedroogde gist
lauw water, zoveel als nodig is om een soepel deeg te kneden.

Tomatensaus Quick Fix:
1 blik tomaatstukjes (400 ml)
2 tenen knoflook
zout, peper, scheutje balsamicoazijn

Alles in de blender mengen. Klaar!

Topping:
Ik noem geen hoeveelheden, want dat is naar eigen smaak, maar houd het simpel. Een goede pizza is niet gestapeld.

pancetta in plakjes, heel licht uitgebakken, maar niet knapperig
geraspte mozzarella (“pizzakaas”)
half gedroogde tomaten, kant-en-klaar gekocht of zelfgemaakt

Na het bakken er nog op:
parmezaanschaafsel
rucola
caesar dressing


Caesar dressing:
125 ml crème fraiche
1 teen knoflook
1 tl ansjovispasta, of 2 filetjes uit blik, kapot gewreven
kneepje citroensap
likje mosterd
scheutje worcestershire sauce
20 gr parmezaan, tot poeder geraspt
zout en peper
water om een schenkbare dressing te maken

Doe alles in een blender en voeg voorzichtig water toe om een schenkbare, maar niet te dunne dressing te maken.

Het deeg is voldoende voor twee grote bakplaten. Rol het zeer dun uit, prik de bodem in met een vork en bestrijk het zeer dun met de tomatensaus. Beleg met de pancetta, mozzarella en tomaten. Bak de pizza in een hete oven tot de randen bruin kleuren. Haal de pizza uit de oven en leg er dan nog de rucola en parmezaan op. Besprenkel met de dressing.

Oordeel van het smaakpanel: het panel deed moeilijk en eiste siroop (Kleine Chef), koek (dochter Zo) en cheddar (dochter Zus). Zucht… Soms sta je alleen met je goede herinneringen.


4 augustus 2012

Saucijzenbroodjes met paprika


Op de website De Kooktips kwam ik een eigenaardig recept tegen voor saucijzenbroodjes. Men verwerkte er namelijk een bal soezendeeg door het gehakt. Ik vermoedde dat het wel eens kon werken en het bleek echt fantastisch te zijn! Zo fantastisch dat ik dit ook nog eens in gewone gehaktballen moet gaan verwerken. Het resultaat is heel zacht en het houdt het vocht in het gehakt goed vast, zodat je niet een kurkdroog worstje overhoudt. Dus als je niet alle zestien broodjes van hieronder wil maken, dan kan je het restant van het gehakt ook prima tot balletjes draaien en bakken. Lekker op een broodje met wat ajvar!

Voor hartige taarten, maar ook voor dit soort broodjes gebruik ik meestal liever deeg voor hartige taart. Het broodachtige vind ik lekkerder dan die vette plakken bladerdeeg. O ja, en die paprika?  Dat is gewoon een afwijking van een moeder die overal groente in probeert te verwerken. Eén hele paprika op 16 broodjes zal wel niet een substantieel verschil maken qua voedingsstoffen, maar toch…

Saucijzenbroodjes met paprika
recept voor 16 stuks

1 rode paprika, fijn gesnipperd
olie of boter om te bakken
30 gr roomboter
35 gr bloem
60 ml water
1 tl zout
1 ei (L)
300 gr rundergehakt
naar smaak (gerookt) paprikapoeder, nootmuskaat, zout
60 gr paneermeel (of beschuiten, of broodkruim)
16 plakjes diepvries bladerdeeg of deeg voor hartige taart



Bak de paprikasnippers zacht in wat olie en zet het daarna apart om wat af te koelen.

Smelt in een pannetje de roomboter zonder het bruin te laten worden. Roer er de bloem doorheen totdat het een smeuïge substantie vormt. Meng er dan het water en het zout door en roer tot het als een bal van de pan loskomt. Zet het van het vuur en laat iets afkoelen.

Klop het ei los in een kommetje.

Meng het deegje door het gehakt, samen met de paprika, de helft van het ei en het paneermeel. Breng het op smaak met paprikapoeder, nootmuskaat en zout. Meng het goed door en proef dan een stukje door het even kort in de magnetron te zetten of te bakken. Voeg eventueel wat meer van de specerijen toe.

Laat het (blader)deeg ontdooien. Verwarm de oven voor op 200 graden (175 graden hetelucht).

Vorm zestien worstjes van het gehakt en leg deze op het bladerdeeg. Vouw de plakjes eenmaal om en druk de randen dicht. Bestrijk de saucijzen met de rest van het ei. Bak ze in 30 minuten bruin en gaar.

Oordeel van het smaakpanel: ze zaten allemaal deze week in een fase van slecht eten. Dit was het eerste wat weer (met royale hoeveelheden ketchup) naar binnen werd geschoven.