Welkom terug in het
Eerst Koken Kookboekenmuseum, waar Oud & Vergeten worden gekoesterd.
dubbel klikken om te vergroten
Dit is zo’n boekje waar ik het de vorige keer over had – er is een
stapeltje dat in onberispelijke staat bij mij terecht kwam en dat een kleine
eeuw lang ergens in een dichte kast moet hebben gestaan. Ik kan alleen daar al vrij
lang over mijmeren... Dit boekje komt uit dat stapeltje; ‘Recepten voor het bereiden van meelspijzen en voor gebak’. Het is
een uitgave van Koopmans Meelfabrieken, stamt uit 1926 en je kreeg het gratis
als je een leeg zakje bakmeel inleverde.
Er staat veel ouderwets gebak in (boffert, broeder, drabbelkoeken,
trommelkoek, postro), samen met gebak dat nu nog net zo populair is als toen
(appeltaart, kerstbrood, boterkoek), maar opvallend is het grote aantal
recepten met boekweitmeel. Vroeger werd dat veel meer gebruikt, omdat het
goedkoper was dan tarwe. Men gebruikte het voor pap of mengde het met tarwemeel
voor pannenkoeken. Brood kan je er niet van bakken, omdat het geen gluten
bevat, maar het werd wel toegevoegd aan tarwe- of roggemeel. Lange tijd was het
een belangrijk voedingsmiddel, maar toen begin 20e eeuw door het
uitvinden van kunstmest goedkopere tarwe op de markt kwam, nam de consumptie
van boekweit sterk af en halverwege de eeuw was het nagenoeg verdwenen. Het
lijkt weer wat populairder te worden met de grote belangstelling momenteel voor
tarwevrij en/of glutenvrij eten, maar je kunt je afvragen waarom men overstapte
op tarwe zodra het kon. Mij lijkt het wel duidelijk; boekweit smaakt iets
medicinaal en neigt wat naar bitter. Tarwe is gewoon lekkerder. Toch kan het
nog wel een plek in onze keukens hebben, zeker als je het mengt met andere granen, omdat de smaak er interessanter van wordt. Maar de tijd van grutjespap is toch echt wel voorbij.
De naam boekweit komt van de samentrekking ‘beuk’ en ‘weit’ (een oud woord
voor tarwe, zoals het huidige Duitse Weizen en het Engelse wheat). De
driehoekige zaden van boekweit lijken namelijk op beukennootjes, en het graan
werd gebruikt als tarwe. Het werd vroeger gekookt in gortbusjes; twee busjes
die op elkaar pasten en welke, gevuld met gort, in kokend water werden
gehangen. Het hete water
werd ook nog voor andere doeleinden, zoals koffie en thee, gebruikt, maar ik kan mij moeilijk voorstellen dat de thee ook
niet naar gort ging smaken. Het Koopmans boekje noemt ook nog steeds de methode voor
gort koken in een gortbus.
De geschiedenis van boekweit in Nederland is een interessant verhaal. Hoewel
het een gevoelig plantje is, groeit het wel op arme gronden. In Drenthe werd
het daarom vroeger veel op het veen verbouwd, waarvoor de bodem eerst grondig
moest worden afgebrand, wat een vreselijk werk moet zijn geweest. Google maar
eens op ‘veenbranden’ of ‘boekweit branden’. Je komt vast uit bij het Veen Koloniaal Museum of de Wikipedia pagina van boekweit. Allebei interessant om te lezen.
Vanwege de smaak is boekweit eerder iets voor volwassenen dan voor
kinderen. Die van mij vinden het in ieder geval niets. Gebruik eventueel minder
boekweitmeel en vervang het met gewone tarwebloem.
Drie in de pan
Voldoende voor ongeveer 18 pannenkoekjes
250 gram tarwebloem
125 gram boekweitmeel (of vervang dit met gewone bloem voor een mildere smaak)
1 zakje gedroogde gist
wat zout
4 dl lauwwarme melk
1 groot ei of 2 kleinere
70 tot 100 gram rozijnen
1 geschilde en gesnipperde appel
boter of olie om te bakken
Meng het meel met de gist. Verwarm de melk tot lauw en giet dit bij
het losgeklopte ei. Giet dit mengsel bij het meel en roer het tot een glad, maar taai beslag, dat je nog wel kan kloppen. Voeg de rozijnen en appel toe en laat het beslag nu een uur op een
warme plek staan. Het lijkt daarna net oliebollenbeslag.
Bak er daarna op vrij laag vuur kleine, dikke pannenkoekjes van (er passen
er natuurlijk drie in de pan!) Geef er boter, stroop of jam bij.
De volgende dag zijn ze koud ook erg lekker!
4 opmerkingen:
Hoezo: de tijd van grutjes is nu wel voorbij. Ik vind de pap heerlijk als ontbijt! met wat rozijntjes.
:D Ah, dan neem ik dat terug. Echte ouderwetse grutjes, bedoel je toch? Niet eens parelgort ofzo?
Ik heb me er even in verdiept en vond uit dat grutten een verzamelnaam is. http://nl.wikipedia.org/wiki/Grutten
Er vallen dus diverse soorten graan onder.
Wat dan jouw echte ouderwetse grutten zijn is mij niet helemaal duidelijk, wat staat er over in het boekje>
Ik bedoelde de boukweitgruttenen jij dacht kennelijk aan gort.
Wordt een leuk en leerzaam onderwerp zo.
Ja, het is ook verwarrend. Ik trap er ook steeds in. Ik dacht dus inderdaad aan boekweitgrutten voor de pap, maar vervolgens noem ik gort... Ik vind de smaak van boekweit erg apart en vind het in pure vorm niet lekker.
Een reactie posten